A. overwegende dat de jeugdwerkeloosheid onder vrouwen (jonger dan 25 jaar) blijft toenemen, na een stijging van 18,8% in 2009 tot 22,1% in 2012, en volgens de laatst beschikbare gegevens is opgelopen tot 22,9%; overwegende dat steeds meer jongeren de moed laten zakken, zich afzonderen en van de arbeidsmarkt vervreemd raken; overwegende dat de omstandigheden op de arbeidsmarkt nog altijd slechter zijn voor jonge vrouwen dan voor jonge mannen en dat hierdoor grote economische groeimoge
lijkheden in Europa onbenut blijven, omdat de vaardigheden van hoogopgeleide vrouwen onderm
...[+++]aats benut worden;
A. considérant que le chômage des jeunes femmes (âgées de moins de 25 ans) continue d'augmenter (passant de 18,8 % en 2009 à 22,1 % en 2012) et que, selon les dernières données disponibles, il s'élèverait à 22,9 %; que le découragement, l'auto-exclusion et la désaffection du travail ne cessent d'augmenter; que les jeunes femmes sont toujours confrontées à des conditions d'emploi pires que celles des jeunes hommes, ce qui entraîne une perte considérable de potentiel de croissance économique pour l'Europe en raison d'une sous-utilisation des compétences des femmes hautement qualifiées;