Vertaling van "ontwikkelingslanden moeten partnerschappen " (Nederlands → Frans) :

Gezien de toenemende verschillen tussen ontwikkelingslanden moeten partnerschappen niet alleen ontwikkelingssamenwerking en financiële steun omvatten, maar tevens uiteenlopende strategieën, beleidslijnen en instrumenten.
Les partenariats devraient englober la coopération au développement et l’aide financière mais également inclure un éventail de stratégies, de politiques et d’instruments, afin de tenir compte de la diversité croissante des conditions régnant dans les pays en développement.

Dit kan alleen maar gebeuren door op gebieden zoals bestuur en belastingen partnerschappen op te zetten met de ontwikkelingslanden en met andere donoren, die even ambitieus als de EU moeten zijn.
Cela n’est possible qu’en travaillant en partenariat avec les pays en développement sur des questions telles que la gouvernance et la fiscalité, ainsi qu’avec d’autres donateurs – dont les ambitions doivent être au même niveau que celles de l’UE.

Naar aanleiding van dat verslag moeten er voor een tweede programma „partnerschap voor klinische proeven tussen Europese en ontwikkelingslanden” („EDCTP2-programma”) een aantal fundamentele zaken in aanmerking worden genomen: de huidige reikwijdte van EDCTP1 moet gewijzigd en uitgebreid worden; de capaciteiten in de ontwikkelingslanden voor het degelijk verrichten en beheren van klinische proeven dienen, waar nodig, verder te worden ontwikkeld en versterkt, met name de rol en ontwikkeling van ethische toetsingscommissies en de bijbehorende regelgeving, de coördinatie, samenwerking en, in voorkomend geval, de integratie van nationale Europese programma’s moeten verder worden verbeterd; de samenwerking met andere belangrijke publieke en private partners, onder wie de farmaceutische industrie, en publiek-private partnerschappen zoals Product Development Partnerships („PDP’s”), het maatschappelijk middenveld, en niet-gouvernementele organisaties en stichtingen moet worden versterkt en uitgebreid; er moeten duidelijke en transparante bestuursregels zijn; er moeten synergieën met het externe optreden van Europa worden bevorderd, met name met ontwikkelingssamenwerking van de Unie; de voorschriften voor medefinanciering moeten worden verduidelijkt en vereenvoudigd; en de instrumenten voor toezicht moeten worden verbeterd.
À la suite de ce rapport, des questions fondamentales sont à prendre en considération en vue d’un second programme «partenariat des pays européens et en développement sur les essais cliniques» (ci-après dénommé «programme EDCTP-II»): le champ d’application actuel de l’EDCTP-I doit être modifié et étendu; les capacités existant dans les pays en développement pour une conduite et une gestion rigoureuses des essais cliniques devraient être, lorsque cela est nécessaire, développées davantage et renforcées, en particulier le rôle et la mise en place de comités d’éthique et du cadre réglementaire correspondant, la coordination, la collaboration et, le cas échéant, l’intégration de programmes nationaux européens devrait être encore améliorée; la collaboration avec d’autres grands partenaires publics et privés, y compris l’industrie pharmaceutique, et les partenariats public-privé tels que les partenariats de développement de produits (PDP), la société civile, les organisations non gouvernementales et les fondations, doivent être renforcés et élargis; il convient de prévoir des règles de gouvernance claires et transparentes; des synergies avec des actions de politique extérieure européenne devraient être élaborées spécifiquement avec l’aide au développement de l’Union; les règles de cofinancement devraient être clarifiées et simplifiées; et les instruments de suivi doivent être renforcés.

Naar aanleiding van dat verslag moeten er voor een tweede programma „partnerschap voor klinische proeven tussen Europese en ontwikkelingslanden” („EDCTP2-programma”) een aantal fundamentele zaken in aanmerking worden genomen: de huidige reikwijdte van EDCTP1 moet gewijzigd en uitgebreid worden; de capaciteiten in de ontwikkelingslanden voor het degelijk verrichten en beheren van klinische proeven dienen, waar nodig, verder te worden ontwikkeld en versterkt, met name de rol en ontwikkeling van ethische toetsingscommissies en de bijbehorende regelgeving, de coördinatie, samenwerking en, in voorkomend geval, de integratie van nationale Europese programma's moeten verder worden verbeterd; de samenwerking met andere belangrijke publieke en private partners , onder wie de farmaceutische industrie, en publiek-private partnerschappen zoals Product Development Partnerships („PDP's”), het maatschappelijk middenveld, en niet-gouvernementele organisaties en stichtingen moet worden versterkt en uitgebreid; er moeten duidelijke en transparante bestuursregels zijn; er moeten synergieën met het externe optreden van Europa worden bevorderd, met name met ontwikkelingssamenwerking van de Unie; de voorschriften voor medefinanciering moeten worden verduidelijkt en vereenvoudigd; en de instrumenten voor toezicht moeten worden verbeterd.
À la suite de ce rapport, des questions fondamentales sont à prendre en considération en vue d'un second programme «partenariat des pays européens et en développement sur les essais cliniques» (ci-après dénommé «programme EDCTP-II»): le champ d'application actuel de l'EDCTP-I doit être modifié et étendu; les capacités existant dans les pays en développement pour une conduite et une gestion rigoureuses des essais cliniques devraient être, lorsque cela est nécessaire, développées davantage et renforcées, en particulier le rôle et la mise en place de comités d'éthique et du cadre réglementaire correspondant, la coordination, la collaboration et, le cas échéant, l'intégration de programmes nationaux européens devrait être encore améliorée; la collaboration avec d'autres grands partenaires publics et privés, y compris l'industrie pharmaceutique, et les partenariats public-privé tels que les partenariats de développement de produits (PDP), la société civile, les organisations non gouvernementales et les fondations, doivent être renforcés et élargis; il convient de prévoir des règles de gouvernance claires et transparentes ; des synergies avec des actions de politique extérieure européenne devraient être élaborées spécifiquement avec les l'aide au développement de l'Union; les règles de cofinancement devraient être clarifiées et simplifiées; et les instruments de suivi doivent être renforcés.

4. onderstreept hoe belangrijk het is dat ontwikkelingslanden zelf verantwoordelijk zijn voor de ontwikkelingsprocessen, in de zin dat zij zelf de hervormingspakketten en -maatregelen kiezen die het best aansluiten op hun belangen; benadrukt dat het belangrijk is de capaciteit van deze landen te ontwikkelen zodat zij de vaardigheden, deskundigheid en instellingen kunnen opbouwen die vereist zijn om hun eigen ontwikkeling doeltreffend te beheren; onderstreept het belang van vrije handel, een markteconomie en ondernemerschap voor ontwikkelingslanden zelf om armoede te kunnen tegengaan, duurzame economische ontwikkeling te scheppen en hun afhankelijkheid van hulp te kunnen afbouwen; beklemtoont eveneens het belang van het bevorderen en beschermen van goed bestuur, en wijst erop dat de autoriteiten van de begunstigde landen corruptie moeten bestrijden en een fiscale infrastructuur moeten opbouwen, zodat zij hun belastinginkomsten kunnen verzekeren en belastingontduiking en onwettige kapitaalvlucht kunnen bestrijden; merkt voorts op dat meer moet worden ingezet op ondersteuning van en coördinatie met lokale spelers, zoals particuliere organisaties en ngo's binnen het maatschappelijk middenveld, aangezien zij zich dichter bij de bron bevinden, beter zicht hebben op de ontwikkelingsbehoeften en de ontwikkelingsprocessen van landen kunnen stimuleren; wijst erop dat publiek-private partnerschappen in veel gevallen kunnen bijdragen aan doeltreffendere en beter gecoördineerde steun;
4. souligne qu'il est important que les pays en développement imaginent eux-mêmes les processus de développement et puissent ainsi décider quels programmes de réformes et quelles politiques sont les mieux adaptés à leurs besoins; insiste sur l'importance de soutenir le développement des capacités de ces pays afin de leur permettre de renforcer les compétences, les connaissances et les institutions nécessaires pour gérer efficacement leur propre développement; souligne l'importance du libre-échange, de l'économie de marché et de l'esprit d'entreprise pour permettre aux pays en développement de lutter eux-mêmes contre la pauvreté et de créer ainsi un développement économique durable, ainsi que de réduire leur dépendance à l'aide extérieure; met également en lumière l'importance d'encourager et de défendre une bonne gouvernance, ainsi que de veiller à ce que les autorités des pays bénéficiaires luttent contre la corruption et améliorent leurs systèmes fiscaux afin de pouvoir s'assurer leurs recettes fiscales et lutter contre l'évasion fiscale et la fuite illicite de capitaux; souligne également l'importance de s'appuyer sur les acteurs locaux, tels que les organisations privées et non gouvernementales au sein de la société civile, ainsi que d'accroître la coopération avec ceux-ci, car ils sont, du fait de leur proximité, les mieux placés pour identifier les besoins de développement et sont capables de contribuer au processus de développement dans les pays concernés; souligne que la collaboration entre les secteurs public et privé peut, dans de nombreux cas, contribuer à accroître l'efficacité et la coordination de l'aide;

- Ten aanzien van duurzame energie en efficiënt gebruik daarvan wordt in het tegelijk met de mededeling gepresenteerde groenboek gesteld dat de EU en de ontwikkelingslanden en/of regionale groeperingen samen, in het kader van de bestaande partnerschappen, concrete gemeenschappelijke programma’s zouden moeten opzetten om geleidelijk aan alle burgers duurzaam geproduceerde energie te leveren.
- En ce qui concerne les énergies durables et leur utilisation efficace , le livre vert publié en parallèle à la présente communication suggère que l'UE et les pays en développement ou les groupes régionaux agissent ensemble, dans le contexte de partenariats existants, pour mettre en place des programmes communs concrets afin de parvenir progressivement à fournir une énergie durable à tous les citoyens.

verzoekt de Commissie en de lidstaten om de vereisten van emissievermindering en van maatregelen voor aanpassing aan de gevolgen van klimaatverandering te integreren in de programma's voor ontwikkelingshulp, en/of in de besluitvorming van internationale agentschappen voor ontwikkelingshulp daarop te wijzen, om zo de particuliere sector, de openbare sector en niet-gouvernementele organisaties in de betrokken landen of regio's via partnerschappen hierbij te betrekken; benadrukt dat er extra middelen moeten worden uitgetrokken om de ontwikkelingslanden te helpen bij het bestrijden van klimaatverandering en dat nieuwe initiatieven op dit gebied formeel moeten worden gekoppeld aan het UNFCCC-proces en de verwezenlijking van de Millenniumontwikkelingsdoelen; verwelkomt het voorstel van de EU voor een wereldwijd bondgenootschap tegen klimaatverandering om de aanpassing aan de klimaatverandering in arme ontwikkelingslanden die het meest kwetsbaar zijn voor klimaatverandering te steunen en herinnert in dit verband aan zijn resolutie van 21 oktober 2008;
invite la Commission et les États membres à intégrer les impératifs de réduction des émissions et des mesures d'adaptation aux conséquences du changement climatique dans les programmes d'aide au développement et, le cas échéant, à faire référence à ces impératifs dans les processus de décision des agences internationales pour l'aide au développement et à impliquer également le secteur privé, les pouvoirs publics et les organisations non gouvernementales dans les pays ou régions concernés au travers de partenariats; souligne que des ressources supplémentaires doivent être mobilisées afin d'aider les pays en développement à relever les défis du changement climatique et que les initiatives émergentes dans ce contexte doivent être formellement liées au processus de la CCNUCC et à la réalisation des objectifs du Millénaire pour le développement; salue le lancement par l'Union d'une Alliance mondiale contre le changement climatique en vue de soutenir l'adaptation au changement climatique dans les pays pauvres en développement qui sont les plus exposés au changement climatique et rappelle dans ce contexte sa résolution précitée du 21 octobre 2008;

21. verzoekt de Commissie en de lidstaten om de vereisten van emissievermindering en van maatregelen voor aanpassing aan de gevolgen van klimaatverandering te integreren in de programma's voor ontwikkelingshulp, en in de besluitvorming van internationale agentschappen voor ontwikkelingshulp daarop te wijzen; verzoekt tevens om de particuliere sector, de openbare sector en niet-gouvernementele organisaties in de betrokken landen of regio's via partnerschappen hierbij te betrekken; benadrukt dat er extra middelen moeten worden uitgetrokken om de ontwikkelingslanden te helpen bij het bestrijden van klimaatverandering en dat nieuwe initiatieven op dit gebied formeel moeten worden gekoppeld aan het UNFCCC-proces en de verwezenlijking van de Millenniumontwikkelingsdoelen; verwelkomt het voorstel van de EU voor een wereldwijd bondgenootschap tegen klimaatverandering om de aanpassing aan de klimaatverandering in arme ontwikkelingslanden die het meest kwetsbaar zijn voor klimaatverandering te steunen en herinnert in dit verband aan zijn resolutie van 21 oktober 2008 ;
21. invite la Commission et les États membres à intégrer les impératifs de réduction des émissions et des mesures d'adaptation aux conséquences du changement climatique dans les programmes d'aide au développement et, le cas échéant, à faire référence à ces impératifs dans les processus de décision des agences internationales pour l'aide au développement et à impliquer également le secteur privé, les pouvoirs publics et les organisations non gouvernementales dans les pays ou régions concernés au travers de partenariats; souligne que des ressources supplémentaires doivent être mobilisées afin d'aider les pays en développement à relever les défis du changement climatique et que les initiatives émergentes dans ce contexte doivent être formellement liées au processus de la CCNUCC et à la réalisation des objectifs du Millénaire pour le développement; salue le lancement par l'UE d'une Alliance mondiale contre le changement climatique (AMCC) en vue de soutenir l'adaptation au changement climatique dans les pays pauvres en développement qui sont les plus exposés au changement climatique et rappelle dans ce contexte sa résolution susmentionnée du 21 octobre 2008;

27. verzoekt de Commissie en de lidstaten om de vereisten van emissievermindering en van maatregelen voor aanpassing aan de gevolgen van klimaatverandering te integreren in de programma's voor ontwikkelingshulp, en/of in de besluitvorming van internationale agentschappen voor ontwikkelingshulp daarop te wijzen, om zo de particuliere sector, de openbare sector en niet-gouvernementele organisaties in de betrokken landen of regio's via partnerschappen hierbij te betrekken; benadrukt dat er extra middelen moeten worden uitgetrokken om de ontwikkelingslanden te helpen bij het bestrijden van klimaatverandering en dat nieuwe initiatieven op dit gebied formeel moeten worden gekoppeld aan het UNFCCC-proces en de verwezenlijking van de Millenniumontwikkelingsdoelen; verwelkomt het voorstel van de EU voor een wereldwijd bondgenootschap tegen klimaatverandering om de aanpassing aan de klimaatverandering in arme ontwikkelingslanden die het meest kwetsbaar zijn voor klimaatverandering te steunen en herinnert in dit verband aan zijn resolutie van 21 oktober 2008;
27. invite la Commission et les États membres à intégrer les impératifs de réduction des émissions et des mesures d'adaptation aux conséquences du changement climatique dans les programmes d'aide au développement et, le cas échéant, à faire référence à ces impératifs dans les processus de décision des agences internationales pour l'aide au développement et à impliquer également le secteur privé, les pouvoirs publics et les organisations non gouvernementales dans les pays ou régions concernés au travers de partenariats; souligne que des ressources supplémentaires doivent être mobilisées afin d'aider les pays en développement à relever les défis du changement climatique et que les initiatives émergentes dans ce contexte doivent être formellement liées au processus de la CCNUCC et à la réalisation des objectifs du Millénaire pour le développement; salue le lancement par l'Union d'une Alliance mondiale contre le changement climatique en vue de soutenir l'adaptation au changement climatique dans les pays pauvres en développement qui sont les plus exposés au changement climatique et rappelle dans ce contexte sa résolution précitée du 21 octobre 2008;

Daar de ontwikkelde landen voor het grootste deel verantwoordelijk zijn geweest voor de uitstoot van broeikasgassen, moeten zij de aanpassing in de ontwikkelingslanden ondersteunen, met name door het delen van ervaringen en via strategieën voor armoedebestrijding, planning, budgettering en de bestaande partnerschappen.
Il appartient aux pays développés - du fait de leur responsabilité historique dans l'accumulation de la majeure partie de gaz à effet de serre dans l'atmosphère - de soutenir leur adaptation, en particulier par le partage d'expérience, ainsi que via les stratégies de réduction de la pauvreté, la planification, l'établissement du budget et les partenariats existants.