Zowel in het eerste als in het tweede middel bekritiseert de verzoekende partij de gelijke behandeling van, enerzijds, personen die fiscaal verjaarde kapitalen in de vorm van levensverzekeringen aangeven en, anderzijds, personen die fiscaal verjaarde kapitalen afkomstig van ernstige fiscale fraude aangeven.
Tant dans le premier que dans le deuxième moyen, la partie requérante critique l'égalité de traitement entre, d'une part, les personnes qui déclarent des capitaux fiscalement prescrits sous la forme d'assurances-vie et, d'autre part, les personnes qui déclarent des capitaux fiscalement prescrits provenant d'une fraude fiscale grave.