« [...] de brigadecommissarissen waren wel lede
n van de landelijke politie, maar maakten zij geen deel uit van een gemeentelijk politiekorps in het bijzonder. Lokale politieagenten van hen maken, hield in die omstandigheden in dat zij werden toegewezen aan een politiezone, aangezien de lokale politie, als afzonderlijke entiteit, niet bestaat. Verschillende formules van toewijzing aan een gemeentelijk politiekorps, en bij uitbreiding aan een politiezone, werden overwogen. Geen ervan bleek evenwel relevant te zijn, aangezien elke band met een korps in het bijzonder was verdwenen. De wetgever heeft dus een tussenoplossing in aanmerking geno
...[+++]men. Zij kunnen hun taak van verbindingsambtenaar bij de gouverneurs blijven uitoefenen, met behoud van hun statuut, maar kunnen solliciteren naar betrekkingen van commissaris van politie. Enkel dan zal het nieuwe statuut op hen van toepassing zijn. Ik zie niet in hoe dat anders zou kunnen, aangezien zij noch lid van de lokale politie, noch lid van de federale politie zijn. De toekenning van de hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie, die zij hadden omdat zij in de landelijke politiebrigades politietaken uitoefenden, verliest uiteraard elke relevantie in het nieuwe politielandschap. Ik denk niet dat daarin een discriminerende regeling moet worden gezien, hun politieroeping is sedert de hervorming voorbij. Zij was trouwens reeds gedeeltelijk voorbij met de versterking van de autonomie van de landelijke politie in 1986 » (eigen vertaling) (Parl. Hand., Kamer, 2003-2004, Commissie voor de Binnenlandse Zaken, de Algemene Zaken en het Openbaar Ambt, 7 januari 2004, vraag nr. 862 van mevr. [...] aan de minister van Binnenlandse Zaken over « de problematiek van de brigadecommissarissen », CRIV nr. 51 COM 116, pp. 1-3).« [...] les commissaires de brigades étaient bien membres de la police rurale, mais ne faisaient pas partie d'un corps de police communale en particulier. Dans ces condi
tions, en faire des policiers locaux supposait de les rattacher à une zone de police, puisque la police locale, en tant qu'entité distincte, n'existe pas. Différentes formules de rattachement à un corps de police communale, et par extension à une zone de police, ont été envisagées. Mais, aucune ne s'avérait pertinente, dès lors que tout lien avec un corps en particulier avait disparu. Le législateur a donc retenu une solution intermédiaire. Ils peuvent continuer à exercer
...[+++] leur mission de fonctionnaire de liaison auprès des gouverneurs, en maintenant leur statut, mais peuvent postuler pour des emplois de commissaire de police. Ce n'est qu'alors que le nouveau statut leur sera applicable. Je ne vois pas comment il pourrait en être autrement, puisqu'ils ne sont ni membres de la police locale, ni membres de la police fédérale. L'attribution de la qualité d'officier de police judiciaire, qu'ils avaient car ils exerçaient des fonctions policières dans les brigades de police rurale, perd évidemment toute pertinence dans le nouveau paysage policier. Je ne pense pas qu'il faille y voir un régime discriminatoire, leur vocation policière est révolue depuis la réforme. Elle l'était d'ailleurs déjà partiellement avec le renforcement de l'autonomie de la police rurale en 1986 » (Ann., Chambre, 2003-2004, Commission de l'intérieur, des Affaires générales et de la Fonction publique, 7 janvier 2004, question n° 862 de Mme [...] au ministre de l'Intérieur sur « la problématique des commissaires de brigade », CRIV n° 51 COM 116, pp. 1- 3).