Het lid stelde dat het niet normaal zou zijn dat de Kamer van volksvertegenwoordigers in deze aangelegenheid het laatste woord zou hebben, daar waar overeenkomstig de artikelen 53 en 60 van de Grondwet, het aan elke Kamer toekomt in haar reglement te bepalen hoe zij zal stemmen met betrekking tot verkiezingen en voordrachten.
Le membre a déclaré qu'il serait anormal que la Chambre des représentants ait le dernier mot en cette matière alors que, conformément aux articles 53 et 60 de la Constitution, il incombe à chaque chambre de déterminer, par son règlement, le mode de scrutin à suivre pour les élections et présentations.