7. spreekt zijn bezorgdheid uit over het feit dat de precaire situatie van de Krim-Tataren, die ongeveer 12 % van de bevolking in de Krim uitmaken, slechts op zeer weinig internationale aandacht kan rekenen; dringt er bij de EU en de nieuwe Oekraïense regering op aan actief gehoor te geven aan de oproep van de hoge vertegenwoordiger / vicevoorzitter van 3 maart 2014 om een "adequate bescherming van de nationale minderheden" in Oekraïne te waarborgen;
7. se déclare préoccupé par le fait que la situation précaire des Tatars de Crimée, qui représentent environ 12 % de la population de Crimée, n'a reçu qu'une attention limitée de la part de la communauté internationale; invite l'Union européenne et le nouveau gouvernement ukrainien à répondre activement à l'appel lancé le 3 mars 2014 par la Haute représentante / vice‑présidente, demandant d'assurer un "niveau de protection adéquat des minorités nationales" en Ukraine;