Er is nooit betwist dat de aldus ontvangen sommen « vermogensvoordelen (zijn) die rechtstreeks uit het misdrijf zijn verkregen », in de zin van artikel 42, 3º, van het Strafwetboek, en die bijgevolg een secundair witwasdelict kunnen opleveren.
Il n'a jamais été contesté que les sommes ainsi perçues constituent, au sens de l'article 42, 3º, du Code pénal des « avantages patrimoniaux tirés directement de l'infraction « et pouvant, par voie de conséquence, constituer l'objet d'un délit secondaire de blanchiment.