61. wijst op de specifieke aard van bepaalde beroepen in sectoren zoals sport en cultuur, waar mobiliteit – zowel tussen banen als tussen landen of regio’s - juist een typisch kenmerk is ; verzoekt de Commissie en de lidstaten deze situatie grondig te onderzoeken en de vereiste maatregelen te nemen, met name wat de sociale rechten van de werknemers in deze sector betreft, zodat hun mobiliteit niet gehinderd wordt door administratieve obstakels;
61. reconnaît le caractère particulier de certains métiers dans des domaines tels que la culture ou le sport, où la mobilité, tant géographique que professionnelle, est un élément intrinsèque; invite la Commission et les États membres à analyser attentivement cette situation et à prendre les mesures nécessaires, en particulier en ce qui concerne les droits sociaux des travailleurs de ces secteurs, de façon à ce que leur mobilité ne soit pas entravée par des barrières administratives;