Voor de Raad van State zou het spijtig zijn dat bij een beslissing waaraan gezag van gewijsde verbonden is en die nog uitvoerbaar is ondanks het ingestelde beroep, schadevergoeding zou worden toegekend na afloop van een procedure waarvan het snelle verloop het onderzoek belet naar de feitelijkheid van de schade en het oorzakelijk verband tussen die schade en de foutieve handeling waarvan de staking gevorderd wordt (Advies van de Raad van State, o. c. , blz. 16).
Pour le Conseil d'État, il serait regrettable qu'une décision revêtue de l'autorité de la chose jugée, exécutoire nonobstant appel, puisse allouer des dommages et intérêts au terme d'une procédure dont la célérité ne permet pas l'examen de la réalité du dommage et du lien de causalité entre celle-ci et l'acte fautif dont la cessation est demandée (Avis du Conseil d'État, o. c. , p. 16).