16. onderstreept dat het Europees Parlement bij de Commissie en de lidstaten heeft aangedrongen op de vaststelling van een EU-streefdoel voor de reductie van de EU-broeikasgasemissies met ten minste 40 % voor 2030, in vergelijking met het niveau van 1990, een bindend EU-streefdoel voor energie-efficiëntie van 40 % voor 2030, in overeenstemming met het onderzoek naar een kosteneffectief energiebesparingspotentieel
, en een bindend EU-streefdoel om tegen 2030 ten minste 30 % van het totale energieverbruik uit hernieuwbare energiebronnen te halen; dringt er bij de lidstaten op aan in de lopende besprekingen rekening te houden met deze stree
...[+++]fdoelen;
16. souligne que le Parlement a invité la Commission et les États membres à fixer des objectifs européens contraignants, à l'horizon 2030, de réduction des émissions de gaz à effet de serre d'au moins 40 % par rapport aux niveaux de 1990, de 40 % en matière d'efficacité énergétique, conformément aux recherches sur le potentiel d'économies d'énergie rentables, ainsi que de production d'au moins 30 % de la consommation finale totale d'énergie à partir de sources renouvelables; prie instamment les États membres de tenir compte de ces objectifs dans leurs discussions actuelles;