2. Onverminderd het bepaalde in Verordening (EU) nr. 576/2013, is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 253 gedelegeerde handelingen vast te stellen met betrekking tot maatregelen ter preventie en bestrijding van ziekten, om te waarborgen dat de gezelschapslanddieren geen significant risico vormen voor de verspreiding van in de lijs
t opgenomen ziekten zoals bedoeld in artikel 8, lid 1, onder d), en van nieuwe ziekten naar dier
en op de plaats van bestemming en tijdens het vervoer, en houdt daarbij indien nodig rekening met de gez
...[+++]ondheidsstatus van de plaats van bestemming.
2. La Commission se voit conférer, sans préjudice des dispositions du règlement (UE) n° 576/2013, le pouvoir d'adopter des actes délégués conformément à l'article 253 en ce qui concerne les mesures de prévention et de lutte contre les maladies, pour faire en sorte que les animaux terrestres de compagnie ne présentent pas de risque important de propagation de maladies répertoriées visées à l'article 8, paragraphe 1, point d), et de maladies émergentes aux animaux présents au lieu de destination et pendant le transport, compte tenu, le cas échéant, du statut sanitaire du lieu de destination.