De individuele ondersteuning, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, 3°, kan bestaan uit : 1° individuele psychosociale begeleiding : een-op-eenbegeleiding die tot doel heeft de gebruiker en de context te ondersteunen in de organisatie van zijn dagelijkse leven; 2° individuele praktische hulp : ondersteuning bij algemene dagelijkse activiteiten van het leven in een een-op-eenrelatie, hoofdzakelijk instrumenteel van aard; 3° globale individuele ondersteuning : ondersteuning die ruimer is en verschillende levensdomeinen kan omvatten.
L'assistance individuelle, visée au paragraphe 1, premier alinéa, 3°, peut comprendre : 1° de l'accompagnement psychosocial individuel : l'accompagnement individuel visant à soutenir l'usager et son entourage dans l'organisation de sa vie quotidienne ; 2° de l'aide pratique individuelle : l'assistance de nature principalement instrumentale à des activités journalières générales de la vie dans une relation individuelle ; 3° de l'assistance individuelle globale : l'assistance au sens plus large, qui peut englober divers domaines de la vie.