I. overwegende dat tot dusver de Europese Unie in het kader van de partnerschapsovereenkomsten meer gewag heeft gemaakt van schending van de mensenrechten (zogenaamde rechten van eerste generatie) dan van schending van de sociaaleconomische en culturele rechten (zogenaamde rechten van de tweede generatie),
I. considérant que, jusqu'à présent, la violation des droits de l'homme (dits de la première génération) a été davantage invoquée par l'Union européenne dans le cadre des accords de partenariat plutôt que la violation des droits sociaux, économiques et culturels (dits de la deuxième génération),