6. benadrukt dat de Unie het gemeenschappelijke beheer van migratiestromen efficiënter in haar betrekkingen met derde landen moet integreren en dat de associatieovereenkomsten een weerspiegeling moeten zijn van de toezegging van beide partijen om hun verantwoordelijkheden op het gebied van grenscontroles en de beheersing van migratiestromen
op zich te nemen; beklemtoont echter dat dit op basis van een partnerschap moet gebeuren en dat de Europese Unie in geen geval het beheer van haar grenzen met derde landen mag
...[+++] externaliseren; wijst er ook op dat de beheersing van migratiestromen geen voorwaarde mag zijn voor een associatieovereenkomst;
6. souligne que l'Union européenne doit intégrer la gestion conjointe des flux migratoires de manière plus efficace dans le cadre de ses relations avec les pays tiers et que les accords d'association doivent refléter l'engagement des deux parties à assumer leurs responsabilités dans les contrôles frontaliers et dans la gestion des flux migratoires; insiste, cependant, sur le fait qu'il s'agit d'un partenariat et que l'Union européenne ne doit en aucun cas externaliser la gestion de ses frontières vers des pays tiers; observe, par ailleurs, que la gestion des flux migratoires ne peut être un prérequis pour tout accord d'association;