64. Wanneer een verdragsstaat gehandeld heeft op verzoek van een andere Staat overeenkomstig artikel 13, moet hij prioritair ernaar streven de opbrengsten van misdrijven of de geconfisqueerde goederen teruggeven aan de verzoekende Staat zodat laatstgenoemde de slachtoffers van het delict kan vergoeden of die goederen aan de wettige eigenaars kan teruggeven.
64. Cependant, lorsqu'un État partie a agi à la demande d'un autre État en application de l'article 13, il envisage à titre prioritaire de restituer le produit du crime ou les biens confisqués à l'État partie requérant, afin que ce dernier puisse indemniser les victimes de l'infraction ou restituer ces biens à leurs propriétaires légitimes.