24. wijst erop dat het op basis van de huidige wetenschap niet mogelijk is grenswaarden vast te leggen waaronder schadelijke effecten niet optreden, en dat hormoonontregelaars dus beschouwd moeten worden als „stoffen zonder drempelwaarde” waarvoor geldt dat blootstelling, hoe gering ook, al risico's met zich kan meebrengen, tenzij de fabrikant wetenschappelijk bewijs voor een bepaalde drempel kan aanleveren, rekening houdend met een verhoogde gevoeligheid tijdens kritische perioden tijdens de ontwikkeling en met de effecten van mengsels;
24. souligne que la science ne constitue pas en l'état une base de réflexion suffisante pour fixer un seuil en dessous duquel des effets préjudiciables ne surviendraient pas et que les perturbateurs endocriniens doivent, dans ces conditions, être assimilés à des substances «dépourvues de seuil», sachant que toute exposition à ces substances peut alors constituer un risque, sauf si le fabricant est en mesure de démontrer scientifiquement l'existence d'un tel seuil, et ce en tenant compte tant de l'augmentation de la sensibilité durant les fenêtres critiques de développement que de l'effet des mélanges;