Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "vernietiging heeft verworpen " (Nederlands → Frans) :

Wat betreft de verlenging moet opgemerkt worden dat het Arbitragehof in arrest nr. 42/2004, gewezen op 17 maart 2004, « onder voorbehoud van het bepaalde in B.6.3.2». een beroep tot vernietiging heeft verworpen dat was ingesteld tegen artikel 69, eerste en tweede lid van de samengeordende wetten van 18 juli 1966 op het gebruik in van de talen bestuurszaken.

En ce qui concerne la prolongation, il convient d'observer que, dans son arrêt nº 42/2004, rendu le 17 mars 2004, la Cour d'arbitrage a rejeté « sous réserve de ce qui est dit au B.6.3.2». un recours en annulation de l'article 69, alinéas 1 et 2, des lois sur l'emploi des langues en matière administrative, coordonnées le 18 juillet 1966.


Wat betreft de verlenging moet opgemerkt worden dat het Arbitragehof in arrest nr. 42/2004, gewezen op 17 maart 2004, « onder voorbehoud van het bepaalde in B.6.3.2». een beroep tot vernietiging heeft verworpen dat was ingesteld tegen artikel 69, eerste en tweede lid van de samengeordende wetten van 18 juli 1966 op het gebruik in van de talen bestuurszaken.

En ce qui concerne la prolongation, il convient d'observer que, dans son arrêt nº 42/2004, rendu le 17 mars 2004, la Cour d'arbitrage a rejeté « sous réserve de ce qui est dit au B.6.3.2». un recours en annulation de l'article 69, alinéas 1 et 2, des lois sur l'emploi des langues en matière administrative, coordonnées le 18 juillet 1966.


Meester Lode Van den Hende, van het kantoor Herbert Smith LLP, Loksumstraat 25 te Brussel, werd weerhouden om de belangen van de Belgische Staat in deze zaak die betrekking heeft op twee procedures, te behartigen: de eerste als verzoeker tegen de beslissing van de Europese Commissie van 27 juli 2011 waarin de staatssteun door het FAVV als onwettig werd bestempeld (deze procedure heeft geleid tot het arrest van 30 juni 2016 van het Hof van Justitie van de Europese Unie waarin de voorziening van de Belgische Staat tot de vernietiging van het arrest van ...[+++]

Maître Lode Van den Hende du bureau Herbert Smith LLP, rue de Loxum 25 à Bruxelles, a été retenu pour défendre les intérêts de l'État belge en cette affaire qui s'articule en deux procédures: l'une de recours, en qualité de demandeur, contre la décision de la Commission européenne du 27 juillet 2011 déclarant illégale l'aide accordée par l'AFSCA en ce domaine (procédure ayant abouti à l'arrêt du 30 juin 2016 de la Cour de justice de l'Union européenne rejetant le pourvoi de la Belgique demandant l'annulation de l'arrêt du Tribunal de l'Union européenne du 25 mars 2015), l'autre procédure, toujours pendante, en qualité de défendeur, faisa ...[+++]


Bij zijn arrest nr. 48/2015 van 30 april 2015 heeft het Hof het beroep tot vernietiging verworpen dat was ingesteld tegen het voormelde artikel 11 van de wet van 20 januari 2014, dat een artikel 30/1 in de gecoördineerde wetten op de Raad van State invoegt.

Par arrêt n° 48/2015 du 30 avril 2015, la Cour a rejeté le recours en annulation introduit contre l'article 11 précité de la loi du 20 janvier 2014, insérant un article 30/1 dans les lois coordonnées sur le Conseil d'Etat.


Het Arbitragehof heeft het beroep tot vernietiging dat tegen die nieuwe wet werd ingediend, verworpen bij arrest nr. 142 van 20 september 2006.

Le recours en annulation contre cette dernière loi introduit devant la Cour d'arbitrage a été rejeté par l'arrêt de cette Cour nº 142 du 20 septembre 2006.


Op 8 juli 1997 heeft het Arbitragehof het beroep tot gedeeltelijke vernietiging van artikel 66 van de wet van 15 juli 1996 ingesteld door het OCMW van Huldenberg verworpen wegens gemis aan belang.

Le 8 juillet 1997, la Cour d'arbitrage a rejeté le recours en annulation partielle de l'article 66 de la loi du 15 juillet 1996 introduit par le CPAS de Huldenberg à défaut d'intérêt.


Uitgaande van de verwachting dat de Koning (thans ook de gemeenschaps- of gewestregering) een verdrag slechts zou bekrachtigen nadat de beroepstermijn zou zijn verstreken of nadat het mogelijke beroep tot vernietiging van de instemmingsakte zou zijn verworpen (22), heeft de wetgever de verdragsluitende partijen niet langer dan strikt noodzakelijk in de onzekerheid willen laten of België (thans ook een gemeenschap of een gewest) al dan niet tot bekrachtiging zou kunnen overgaan (23).

Partant de l'hypothèse que le Roi (et désormais également le gouvernement d'une communauté ou d'une région) ne procéderait pas à la ratification d'une convention avant l'expiration du délai d'appel ni avant le rejet du recours éventuel en annulation de l'acte d'assentiment (22), le législateur n'a pas voulu laisser les parties contractantes dans l'incertitude au-delà du temps strictement nécessaire quant à la question de savoir si la Belgique (ou, désormais, une communauté ou une région) pourrait procéder ou non à cette ratification (23).


1 De vennootschap Develey Holding GmbH Co. Beteiligungs KG (hierna: „Develey”) verzoekt het Hof om vernietiging van het arrest van het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Gemeenschappen van 15 maart 2006, Develey/BHIM (vorm van plastic fles) (T‑129/04, Jurispr. blz. II‑811; hierna: „bestreden arrest”), waarbij het Gerecht heeft verworpen haar beroep tot vernietiging van de beslissing van de tweede kamer van beroep van het Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) (BHI ...[+++]

Par son pourvoi, la société Develey Holding GmbH Co. Beteiligungs KG (ci‑après «Develey») demande l’annulation de l’arrêt du Tribunal de première instance des Communautés européennes du 15 mars 2006, Develey/OHMI (Forme d’une bouteille en plastique) (T‑129/04, Rec. p. II‑811, ci-après l’«arrêt attaqué»), par lequel ce dernier a rejeté son recours tendant à l’annulation de la décision de la deuxième chambre de recours de l’Office de l’harmonisation dans le marché intérieur (marques, dessins et modèles) (OHMI), du 20 janvier 2004 refusant l’enregistrement d’une marque tridimensionnelle (ci-après la «décision litigieuse»).


1 August Storck KG verzoekt het Hof om vernietiging van het arrest van het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Gemeenschappen (Vierde kamer) van 10 november 2004, Storck/BHIM (Vorm van vlindervormige wikkelverpakking) (T‑402/02, nog niet gepubliceerd in de Jurisprudentie; hierna: „bestreden arrest”), waarbij het Gerecht heeft verworpen haar beroep tot vernietiging van de beslissing van de tweede kamer van beroep van het Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) (BHIM) ...[+++]

1 Par son pourvoi, August Storck KG demande l’annulation de l’arrêt du Tribunal de première instance des Communautés européennes (quatrième chambre) du 10 novembre 2004, Storck/OHMI (Forme d’une papillote) (T‑402/02, non encore publié au Recueil, ci-après l’«arrêt attaqué»), par lequel celui-ci a rejeté son recours tendant à l’annulation de la décision de la deuxième chambre de recours de l’Office de l’harmonisation dans le marché intérieur (marques, dessins et modèles) (OHMI) du 18 octobre 2002 (affaire R 256/2001‑2) (ci-après la «décision litigieuse»), refusant l’enregistrement d’une marque figurative représentant un emballage de bonbo ...[+++]


Bij verzoekschriften, neergelegd ter griffie van het Hof op 6 december 2001, heeft Procter Gamble Company (hierna: „Procter Gamble”) krachtens artikel 49 van het Statuut-EG van het Hof van Justitie hogere voorziening ingesteld tegen de arresten van het Gerecht van eerste aanleg van 19 september 2001, Procter Gamble/BHIM (Vierkant tablet met inzetstuk) (T-128/00, Jurispr. blz. II-2785; hierna: „arrest T-128/00”), en Procter Gamble/BHIM (Rechthoekig tablet met inzetstuk) (T-129/00, Jurispr. blz. II-2793; hierna: „arrest T-129/00”) (hierna samen: „bestreden arresten”), waarmee het Gerecht haar beroepen tot ...[+++]

Par requêtes déposées au greffe de la Cour le 6 décembre 2001, Procter Gamble Company (ci‑après «Procter Gamble») a, en vertu de l’article 49 du statut CE de la Cour de justice, formé deux pourvois contre les arrêts du Tribunal de première instance du 19 septembre 2001, Procter Gamble/OHMI (tablette carrée avec incrustation) (T‑128/00, Rec. p. II‑2785, ci‑après l’«arrêt T‑128/00»), et Procter Gamble/OHMI (tablette rectangulaire avec incrustation) (T‑129/00, Rec. p. II‑2793, ci‑après l’«arrêt T‑129/00») (ci‑après, ensemble, les «arrêts attaqués»), par lesquels le Tribunal a rejeté partiellement ses recours tendant à l’annulation des décis ...[+++]




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'vernietiging heeft verworpen' ->

Date index: 2024-12-02
w