Met zijn brief van 7 juli 1999 heeft mijn voorganger zich, rekening houdend met het feit dat de 21 juli-viering amper twee weken later zou plaatsvinden, alsnog en noodgedwongen akkoord verklaard met het gunningvoorstel, zonder daarbij evenwel afbreuk te doen aan de gegrondheid van de bezwaren van de inspecteur van Financiën.
Par lettre du 7 juillet 1999, par la force des choses, mon prédécesseur a encore marqué son accord sur la proposition d'adjudication, compte tenu du fait que la fête du 21 juillet aurait lieu à peine deux semaines plus tard, sans toutefois porter préjudice aux justes arguments de l'inspecteur des Finances et en soulignant d'ailleurs qu'à l'avenir, les règles en matière de marchés publics devraient être absolument respectées.