In een eerste middel vo
eren de verzoekende partijen een schending aan van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet door artikel 121, § 3, van de programmawet (I) van 24 december 2002 doordat het het be
grip « huishouden » definieert als « elke samenwoning van personen die een economische entiteit vor
men gewoon door het feit dat deze personen de dagelijkse kosten voor hun levensonderhoud hoofdzakelijk gemeenschappel
...[+++]ijk dragen ».
Dans un premier moyen, les parties requérantes allèguent la violation des articles 10 et 11 de la Constitution par l'article 121, § 3, de la loi-programme (I) du 24 décembre 2002 en ce que celui-ci définit la notion de ménage par « toute cohabitation de personnes qui forment une entité économique du simple fait que ces personnes supportent en commun, principalement, les frais journaliers pour assurer leur subsistance ».