Volgens het arrest van het Hof van Justitie moet de wijze waarop die verklaringen beoordeeld worden, in overeenstemming zijn met de wetgeving van de Unie en met de door het Handvest gewaarborgde grondrechten, zoals het recht op eerbiediging van de menselijke waardigheid en het recht op eerbiediging van het privéleven en het familie- en gezinsleven.
Selon l'arrêt de la Cour de justice, les modalités d'appréciation de ces déclarations doivent "être conformes au droit de l'Union et, notamment, aux droits fondamentaux garantis par la Charte tels que le droit au respect de la dignité humaine et le droit au respect de la vie privée et familiale".