Indien aan die interpretatie de voorkeur zou worden gegeven, dan zou immers elke werkzoekende burger van de Unie om maatschappelijke dienstverlenin
g kunnen verzoeken, omdat hij als werkzoekende per definitie werkbereid is en in het beroepsleven wil worde
n ingeschakeld, wat ingaat tegen artikel 24, lid 2, van de richtlijn, dat juist de uitsluiting van werkzoekenden uit het sociale bijstandsstelsel
toelaat tijdens de periode dat zij werk zoeken ...[+++].
Si cette interprétation était privilégiée, tout citoyen de l'Union demandeur d'emploi pourrait en effet demander une aide sociale puisqu'en tant que demandeur d'emploi, il est, par définition, disposé à travailler et souhaite être inséré dans la vie professionnelle, ce qui va à l'encontre de l'article 24, paragraphe 2, de la directive, qui permet précisément d'exclure les demandeurs d'emploi du système d'aide sociale pendant la période où ils recherchent un emploi.