2. a) Welke bedragen werden teruggevorderd wegens fraude? b) Wat was de verdeling volgens de nationaliteitsgroep (Belgen, EU-burgers, niet-EU-vreemdelingen) van de rechthebbenden? c) Om welke bedragen ging het voor elke nationaliteitsgroep?
2. a) Quels montants ont-ils été recouvrés pour cause de fraude? b) Quelle était la répartition par groupe de nationalité (Belges, citoyens UE et étrangers non ressortissants de l'UE) des bénéficiaires? c) De quels montants s'agissait-il pour chaque groupe de nationalité?