Voorts verstrekte deze belanghebbende geen bewijsmateriaal tot staving van zijn argument en werden geen opmerkingen gemaakt over de feiten en overwegingen die tot de conclusie leidden dat de bedrijfstak van de Gemeenschap aanmerkelijke schade leed, zoals beschreven in de overwegingen 130 tot en met 134 van de voorlopige verordening.
En outre, cette partie n’a fourni aucun élément de preuve à l’appui de son allégation, et aucune observation n’a été formulée sur les faits et les considérations qui ont permis d’établir que l’industrie communautaire subissait un préjudice important, tel que décrit aux considérants 130 à 134 du règlement provisoire.