Overwegende dat het besluit van 10 september 1998 bij hoogdringendheid werd genomen, zonder advies van
de Raad van State, doch dat deze hoogdringendheid onbewezen werd geacht door de Afdeling Administratie van de Raad van State; dat voor zover er geen hoogdringendheid zou zijn wegens het voorwerp van het besluit, gespreid zijnde over verschillende jaren, deze redenering niet opgaat voor huidig besluit dat enkel handelt over de regularisatie van de verstreken periode en de eerstvolgende bevoorradingsperiode; dat er overigens tussen maart 1998 en september 1998 helemaal niets ondernomen werd, do
ch onderhandelingen ...[+++]werden gevoerd tussen de overheid en de erkende verenigingen; dat na de vernietiging van het besluit van 10 september 1998 bij arrest van 19 april 1999, in elk geval op heden een regeling uiterst dringend is; dat na de kennisname van laatstgenoemd arrest zonder enig verwijl het nodige werd gedaan om tot huidig nieuw besluit te komen; Considérant que l'arrêté du 10 septembre 1998 a été pris d'urgence, sans avis du Conseil d'Etat, mais que cette urgence a été considérée comme non étant prouvée par la Division Administration du Conseil d'Etat; que pour autant qu'il n'y aurait aucune urgence à cause de l'objet de l'arrêté, étant étendue sur plusieurs années, ce raisonnement ne s'applique pas au présent arrêté qui n'a trait qu'à la régularisation de la période écoulée et à la suivante période d'approvisionnement
; que par ailleurs rien n'a été entrepris entre mars 1998 et septembre 1998, mais que des négociations ont été menées entre l'autorité et les associations agréée
...[+++]s; qu'après l'annulation de l'arrêté du 10 septembre 1998 par l'arrêt du 19 avril 1999, un règlement s'impose actuellement d'urgence en tout cas; qu'après connaissance de cet arrêt le nécessaire a immédiatement été fait afin d'aboutir au nouveau présent arrêté;