Art. 2. Ongeacht of de arbeid op hoofdzakelijke of bijkomstige wijze wordt verricht, dienen de werknemers belast met het toezicht in het kleuter- en lager onderwijs en/of met de begeleiding van leerlingen in het leerlingenvervoer, voor de verrichte arbeid loon te ontvangen zoals omschreven in artikel 2 van de wet van 12 april 1965 betreffende de bescherming van het loon der werknemers.
Art. 2. Que le travail soit effectué à titre principal ou accessoire, les travailleurs chargés de la surveillance dans l'enseignement maternel et primaire et/ou de l'accompagnement d'élèves dans le transport scolaire, doivent percevoir, pour le travail effectué, une rémunération telle que visée à l'article 2 de la loi du 12 avril 1965 concernant la protection de la rémunération des travailleurs.