1. De vrijstelling beoogd door artikel 44, § 2, 1°, van het Btw-Wetboek ten aanzien van diensten en leveringen van goederen die daarmee nauw samenhangen in de uitoefening van hun geregelde werkzaamheid verricht door ziekenhuizen, psychiatrische inrichtingen, klinieken en dispensaria, moet worden geïnterpreteerd in het licht van artikel 132, paragraaf 1, b), van de richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde.
1. L'exemption prévue par l'article 44, § 2, 1er, du Code de la TVA à l'égard des prestations de services et des livraisons de biens qui leur sont étroitement liées, effectuées, dans l'exercice de leur activité habituelle, par les établissements hospitaliers et psychiatriques, les cliniques et les dispensaires, se doit d'être interprétée à la lumière de l'article 132, paragraphe 1, b), de la directive 2006/112/CE du Conseil du 28 novembre 2006 relative au système commun de taxe sur la valeur ajoutée.