Krachtens artikel 105, tweede lid, van het BTW-Wetboek, moest het koninklijk besluit van 28 december 1999 het voorwerp uitmaken van een bekrachtigingswet waarvan het ontwerp bij de wetgevende Kamers, onmiddellijk indien ze in zitting waren, zo niet bij de opening van de eerstvolgende zitting, moest worden ingediend.
En vertu de l'article 105, alinéa 2, du Code de la TVA, l'arrêté royal du 28 décembre 1999 devait faire l'objet d'une loi de confirmation dont le projet devait être introduit auprès des Chambres législatives immédiatement si elles étaient réunies, sinon dès l'ouverture de leur plus prochaine session.