Dit artikel herneemt de tekst van het vroegere artikel 21, § 1 met de precisering dat om dezelfde reden als vermeld in artikel 58 met betrekking tot de zetelende rechters in de Tuchtcommissie ook de rechter in de Commissie van Beroep, op het ogenblik van zijn benoeming, rechter in functie dient te zijn en dat zijn mandaat blijft voortlopen tot in de herbenoeming of de benoeming van een opvolger is voorzien.
Cet article reprend le texte de l'ancien article 21, § 1, en précisant que pour la même raison que celle mentionnée dans l'article 58 relatif au juge siégeant dans la Commission de discipline, au moment de sa désignation, le juge siégeant dans la Commission d'appel doit être un juge en fonction et que son mandat se poursuit jusqu'à ce qu'il ait été pourvu au renouvellement de sa désignation ou à la désignation d'un successeur.