Au cours du traitement, la fonction rénale doit être également évaluée dans les situations cliniques pour lesquelles la fonction rénale pourrait être altérée (en cas d’hypovolémie, de deshydratation ou d’association avec certains médicaments par exemple) (voir rubriques 4.3, 4.4 et 5.2).
Tijdens de behandeling met Pradaxa dient de nierfunctie ook bepaald te worden in klinische situaties waarbij verwacht wordt dat de nierfunctie zal afnemen of verslechteren (bijvoorbeeld bij hypovolemie, dehydratie of bij het gebruik van bepaalde co-medicatie, enz.) (zie rubrieken 4.3, 4.4 en 5.2). Een verminderde leverfunctie of een leveraandoening die naar verwachting invloed heeft op de overleving is een contra-indicatie (zie rubriek 4.3)