En conclusion, on peut dire que si l'on prend en considération le risque de la non détection de la cysticercose bovine, vu les données ci-avant, une révision de la directive actuelle concernant le nombre de CDM mis en œuvre pour l'inspection post mortem n'est pas indiquée.
Als besluit kan gesteld worden dat, wanneer men het risico van het niet detecteren van rundercysticercose in beschouwing neemt, gelet op bovenstaande gegevens, een herziening van de huidige richtlijn met betrekking tot het aantal ingezette DMO’s voor het post-mortem onderzoek, niet aangewezen is.