Les rétrécissements éventuels des bronches (bronchospasmes) doivent être traités par administration d’un médicament à action rapide pour dilater les bronches (bronchodilatateur) et par l’arrêt du traitement au FLUIMUCIL ANTIBIOTIC.
Eventuele vernauwingen van de luchtpijptakken (bronchospasmen) moeten worden behandeld door toediening van een snelwerkend geneesmiddel ter verwijding van de luchtpijptakken (=bronchodilatator) en door stopzetten van de FLUIMUCIL ANTIBIOTIC behandeling.