Traduction de «d’allongement de séjour fondées sur nos deux études » (Français → Néerlandais) :

Pour les valeurs médianes et les « autres » IN en USI, nous avons utilisé les estimations dérivées pour les cas hors USI. Pour les cas de septicémies hors USI, nous avons été rassurés de constater que les estimations d’allongement de séjour fondées sur nos deux études de cohortes appariées étaient pratiquement identiques (estimation médiane : 6 et 7 jours ; moyenne : 9.2 et 9.3 jours).
Voor niet-IZ BSI, gaven de twee matched cohort studies bijna identieke resultaten voor verlenging van het ziekenhuisverblijf (mediaan: 6 en 7 dagen, gemiddeld: 9,2 en 9,3 dagen).

Les séjours en USI étant difficiles à apparier dans les deux études de cohorte, nous avons utilisé les estimations de l’ISP pour l’allongement de la durée de séjour dans les cas USI de septicémies ou des voies respiratoires inférieures.
Omdat de verblijven op IZ voor beide cohort studies moeilijk te matchen waren, gebruikten we de ramingen van het WIV voor de gemiddelde verlenging van verblijfsduur op IZ door LRI en BSI. Deze zijn gebaseerd op de verlengde verblijfsduur op de afdeling IZ alleen.

En nous basant en partie sur la littérature, mais essentiellement sur les résultats des deux études de cohortes appariées, nous avons calculé les estimations globales pour la Belgique pour la surmortalité et l’allongement de la durée du séjour hospitalier.
Gedeeltelijk op basis van de literatuur, maar voornamelijk op basis van de resultaten van de twee matched cohort studies, raamden we voor België de totale oversterfte en de bijkomende ziekenhuisverblijfsduur.

Les analyses de sensibilité ont par la suite révélé que nos estimations étaient sensibles à la variable ‘durée de l’infection’ à l’époque de l’étude de prévalence : l’allongement de la durée du séjour varie en moyenne de 0,8 jour lorsque la période au cours de laquelle on suppose que l’IN est en cours présente un écart d’un jour en plus ou en moins par rapport à l’hypothèse actuelle de 5 jours pour la majorité des IN (2,5 jours pour les infections du tractus urinaire).
Sensitiviteitsanalyses toonden verder aan dat de resultaten gevoelig zijn voor de variabele ‘geschatte duur van de lopende infectie’ op het tijdstip van de puntprevalentie studie: de opnameduurverlenging varieert met 0,8 dagen als de duur van de bestaande infectie bij de meting met 1 dag varieert rond de aanname van 5 dagen (of 2,5 dagen voor UTIs).