Vertaling van "d’autres types d’actions " (Frans → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

Modificateurs Les subdivisions suivantes peuvent être utilisées comme quatrième chiffre avec les rubriques F10-F19: Code Titre .0 Intoxication aiguë Etat consécutif à la prise d'une substance psycho-active et entraînant des perturbations de la conscience, des facultés cognitives, de la perception, de l'affect ou du comportement, ou d'autres fonctions et réponses psychophysiologiques. Les perturbations sont directement liées aux effets pharmacologiques aigus de la substance consommée, et disparaissent avec le temps, avec guérison complète, sauf dans les cas ayant entraîné des lésions organiques ou d'autres complications. Parmi les complications, on peut citer: les traumatismes, les fausses routes avec inhalation de vomissements, le delirium, le coma, les convulsions et d'autres complications médicales. La nature de ces complications dépend de la catégorie pharmacologique de la substance consommée et de son mode d'administration. Etats de transe et de possession au cours d'une intoxication par une substance psycho-active Intoxication pathologique Ivresse:SAI | alcoolique aiguë | Mauvais voyages (drogues) Excl.: intoxication signifiant empoisonnement (T36-T50) .1 Utilisation nocive pour la santé Mode de consommation d'une substance psycho-active qui est préjudiciable à la santé. Les complications peuvent être physiques (par exemple hépatite consécutive à des injections de substances psycho-actives par le sujet lui-même) ou psychiques (par exemple épisodes dépressifs secondaires à une forte consommation d'alcool). Abus d'une substance psycho-active .2 Syndrome de dépendance Ensemble de phénomènes comportementaux, cognitifs et physiologiques survenant à la suite d'une consommation répétée d'une substance psycho-active, typiquement associés à un désir puissant de prendre la drogue, à une difficulté à contrôler la consommation, à une poursuite de la consommation malgré des conséquences nocives, à un désinvestissement progressif des autres activités et obligations au profit ...
Omschrijving: Dit blok omvat een grote verscheidenheid van stoornissen van verschillende ernst en klinische vorm, die evenwel alle aan het gebruik van een of meer psychoactieve middelen, al dan niet op medisch voorschrift, zijn toe te schrijven. De betrokken stof wordt aangegeven door middel van het derde teken van de code en het vierde teken specificeert de klinische toestand; deze codering dient, waar nodig, gebruikt te worden voor elk gespecificeerd middel, met dien verstande dat niet elk vierde teken van toepassing is op elke stof.

lésions infligées par la police ou autres agents de la force publique, incluant les forces armées actives, lors de l'arrestation ou de la tentative d'arrestation de hors-la-loi, de la répression de troubles de l'ordre, du maintien de l'ordre ou d'autre action légale.
interventies zoals door politie of andere wetshandhavers, waaronder dienstdoende militairen, zoals (poging tot) aanhouding van wetsovertreders, onderdrukking van opstootjes, ordehandhaving en ander wettelijk optreden

Définition: Il existe des variations culturelles importantes dans les manifestations de ce trouble, qui comporte deux types essentiels, ayant de nombreux points communs. Dans le premier type, la caractéristique essentielle est une plainte concernant une fatigue accrue après des efforts mentaux, souvent associée à une certaine diminution des performances professionnelles et des capacités à faire face aux tâches quotidiennes. La fatigabilité mentale est décrite typiquement comme une distractibilité due à une intrusion désagréable d'associations et de souvenirs, une difficulté de concentration ou une pensée globalement inefficace. Dans le deuxième type, l'accent est mis sur des sensations de faiblesse corporelle ou physique et un sentiment d'épuisement après des efforts minimes, associés à des courbatures, des douleurs musculaires et une difficulté à se détendre. Les deux types comportent habituellement plusieurs autres sensations physiques désagréables, telles que des sensations vertigineuses, des céphalées de tension et une impression d'instabilité globale. Il existe par ailleurs souvent une inquiétude concernant une dégradation de la santé mentale et physique, une irritabilité, une anhédonie et des degrés variables de dépression et d'anxiété mineures. Il existe souvent une insomnie d'endormissement, une insomnie du milieu de la nuit ou une hypersomnie. | Syndrome asthénique
Omschrijving: Er komen aanzienlijke culturele verschillen voor bij de presentatie van deze stoornis en er komen twee hoofdvormen voor, met aanzienlijke overlap. Bij de ene vorm is het belangrijkste kenmerk een klacht over toegenomen vermoeidheid na geestelijke inspanning, dikwijls samengaand met enige afname in het efficiënt verrichten van de dagelijkse beroepsarbeid. De geestelijke vermoeibaarheid wordt op typerende wijze beschreven als een zich op onaangename wijze opdringen van verwarrende associaties of herinneringen, moeite met concentreren en algemeen inefficiënt denken. Bij de andere vorm ligt de nadruk op gevoelens van lichamelijke of fysieke zwakte en uitputting na slechts minimale inspanning, samengaand met een gevoel van spierkrampen en pijnen en onvermogen om te ontspannen. Bij beide vormen is een scala van andere onaangename-gevoelens van lichamelijke aard gebruikelijk, zoals duizeligheid, spanningshoofdpijnen en gevoelens van algemene onzekerheid. Bezorgdheid over afnemende geestelijke- en lichamelijke gezondheid, prikkelbaarheid, anhedonie en in geringe mate wisselende-depressiviteit en -angst komen alle veel voor. De eerste en middelste fasen van de slaap zijn vaak gestoord, maar hypersomnie kan ook opvallend zijn. | Neventerm: | vermoeidheidssyndroom

Autres substances d'action pharmacologique essentiellement systémique
overige gespecificeerde primair-systemische-middelen

Définition: Trouble de la personnalité caractérisé par une tendance nette à agir de façon impulsive et sans considération pour les conséquences possibles, une humeur imprévisible et capricieuse, une tendance aux explosions émotionnelles et une difficulté à contrôler les comportements impulsifs, une tendance à adopter un comportement querelleur et à entrer en conflit avec les autres, particulièrement lorsque les actes impulsifs sont contrariés ou empêchés. Deux types peuvent être distingués: le type impulsif, caractérisé principalement par une instabilité émotionnelle et un manque de contrôle des impulsions, et le type borderline, caractérisé en outre par des perturbations de l'image de soi, de l'établissement de projets et des préférences personnelles, par un sentiment chronique de vide intérieur, par des relations interpersonnelles intenses et instables et par une tendance à adopter un comportement auto-destructeur, comprenant des tentatives de suicide et des gestes suicidaires. | Personnalité:agressive | borderline | explosive
Omschrijving: Een persoonlijkheidsstoornis die wordt gekenmerkt door een duidelijke neiging tot impulsief handelen zonder rekening te houden met de gevolgen; de stemming is onberekenbaar en grillig. Er bestaat een neiging tot emotionele uitbarstingen en een onvermogen de heftige gedragsuitingen te beheersen. Er is een neiging tot ruziezoekerig gedrag en conflicten met anderen, vooral wanneer impulsieve daden worden verijdeld of gecontroleerd. Er kunnen twee typen worden onderscheiden: het impulsieve type, vooral gekenmerkt door emotionele instabiliteit en gebrekkige impulsbeheersing en het borderlinetype, dat bovendien wordt gekenmerkt door verstoringen van zelfbeeld, doelen en voorkeuren, door chronische gevoelens van leegte, door heftige en onstandvastige relaties met anderen en door een neiging tot zelfdestructief gedrag, inclusief poging tot zelfdoding. | Neventerm: | persoonlijkheid, persoonlijkheidsstoornis | agressief | persoonlijkheid, persoonlijkheidsstoornis | borderline | persoonlijkheid, persoonlijkheidsstoornis | explosief

Définition: Trouble caractérisé par la présence d'un comportement dyssocial ou agressif persistant (répondant aux critères généraux cités en F91.- et non limité à un comportement oppositionnel, provocateur ou perturbateur), associé à une altération significative et globale des relations avec les autres enfants. | Trouble (des):agressif, type mal socialisé | conduites, type solitaire-agressif
Omschrijving: Dit wordt gekenmerkt door de combinatie van aanhoudend dissociaal- of agressief-gedrag (volgens de algemene criteria uit F91.- en niet louter bestaand uit opstandig, uitdagend en storend gedrag) met een in alle opzichten belangrijke stoornis in de omgang met andere kinderen. | Neventerm: | agressieve stoornis, niet in groepsverband | gedragsstoornis, solitaire agressieve vorm

1) induction - 2) induction embryonnaire | 1) phase initiale de l'anesthésie générale - 2) action d'une partie de l' uf sur d'autres parties de celui-ci
inductie | gevolgtrekking

Lymphome non hodgkinien, de types autres et non précisés
overige en niet-gespecificeerde typen van non-Hodgkin-lymfoom

Autres types précisés de rickettsiose
overige gespecificeerde rickettsiosen

Autres types précisés de lymphome non hodgkinien
overige gespecificeerde typen van non-Hodgkin-lymfoom

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

A ACTION INTERM. AVEC DEBUT D'ACTION RAPIDE 0,9% 107.146 2.504 0,6% 43 39 A02BA ANTIHISTAMINIQUES H2 0,8% 97.768 1.466 0,4% 61 40 N06AX AUTRES ANTIDEPRESSEURS 0,8% 96.439 2.771 0,7% 38 41 M01AB DERIVES DE L'ACIDE ACETIQUE ET SUBSTANCES APPARENTEES 0,8% 90.597 3.663 0,9% 25 42 R01AD CORTICOSTEROIDES 0,8% 89.641 5.118 1,3% 17 43 R06AX AUTRES ANTIHISTAMINIQUES A USAGE SYSTEMIQUE 0,7% 80.878 3.255 0,8% 29 44 A10AC INSULINES ET ANALOGUES A ACTION INTERMEDIAIRE 0,7% 80.630 1.909 0,5% 50 45 R06AE DERIVES DE LA PIPERAZINE 0,7% 80.318 3.346 0,8% 28 46 R03AC BETA 2 SYMPATHOMIMETIQUES SELECTIFS 0,7% 80.040 5.292 1,3% 16 47 D01BA ANTIMYCOSIQUES A USAGE SYSTEMIQUE 0,7% 79.292 875 0,2% 84 48 C10AB FIBRATEN 0,7% 78.839 3.226 0,8% 30 49 J01CA PENICILLINES A LARGE SPECTRE 0,7% 76.453 971 0,2% 78 50 G03FB ESTROGENES ET PROGESTATIFS, ASSOCIATIONS SEQUENTIELLES 0,7% 76.444 10.131 2,5% 6 51 N02AX AUTRES OPIACES 0,6% 74.609 949 0,2% 81 52 C01DX AUTRES VASODILATATEURS POUR MALADIES CARDIAQUES 0,6% 73.939 2.926 0,7% 34 53 S01CA ASSOCIATIONS DE CORTICOSTEROIDES ET D'ANTIINFECTIEUX 0,6% 70.425 3.011 0,7% 33 54 B02BD FACTEURS DE COAGULATION 0,6% 69.980 5 0,0% 272 55 H05BA CALCITONINE 0,6% 68.138 285 0,1% 126 56 N05AD DERIVES DE LA BUTYROPHENONE 0,5% 64.157 1.893 0,5% 52 57 C01DA NITRATES ORGANIQUES 0,5% 63.514 3.634 0,9% 26 58 D07AC CORTICOSTEROIDES PUISSANTS (GROUPE III) 0,5% 61.468 1.608 0,4% 59 59 M05BA BIPHOSPHONATES 0,5% 60.216 187 0,1% 152 60 R05CB MUCOLYTIQUES 0,5% 59.490 260 0,1% 132 61 B01AC INHIBITEURS DE L'AGGREGATION PLAQUETTAIRE, SAUF L'HEPARINE 0,5% 57.301 1.908 0,5% 51 62 A10BB DERIVES DE LA SULFONYLUREE 0,5% 54.449 2.807 0,7% 36 63 C02CA ALPHA-BLOQUANTS 0,5% 52.668 1.311 0,3% 65 64 N03AF DERIVES CARBOXAMIDES 0,4% 51.710 1.702 0,4% 57 65 L02BB ANTI-ANDROGENES 0,4% 50.916 245 0,1% 136 66 C07AA BETA-BLOQUANTS NON SELECTIFS 0,4% 48.257 3.370 0,8% 27 67 R03AK SYMPATHOMIMETIQUES ET AUTRES ANTIASTHMATIQUES 0,4% 47.672 3.157 0,8% 32 68 S01BC ANTIINFLAMMATOIRES NON STEROIDIENS 0,4% 46. ...
INSULINES EN ANALOGEN MET SNEL BEGINEFFECT 0,9% 107.146 2.504 0,6% 43 39 A02BA H2-RECEPTORBLOKKERENDE MIDDELEN 0,8% 97.768 1.466 0,4% 61 40 N06AX OVERIGE ANTIDEPRESSIVA 0,8% 96.439 2.771 0,7% 38 41 M01AB AZIJNZUURDERIVATEN EN VERWANTE STOFFEN 0,8% 90.597 3.663 0,9% 25 42 R01AD CORTICOSTEROIDEN 0,8% 89.641 5.118 1,3% 17 43 R06AX OVERIGE ANTIHISTAMINICA VOOR SYSTEMISCH GEBRUIK 0,7% 80.878 3.255 0,8% 29 44 A10AC MIDDELLANGWERKENDE INSULINES EN ANALOGEN 0,7% 80.630 1.909 0,5% 50 45 R06AE PIPERAZINEDERIVATEN 0,7% 80.318 3.346 0,8% 28 46 R03AC SELECTIEVE BETA-2-SYMPATHICOMIMETICA 0,7% 80.040 5.292 1,3% 16 47 D01BA ANTIMYCOTICA VOOR SYSTEMISCH GEBRUIK 0,7% 79.292 875 0,2% 84 48 C10AB FIBRATEN 0,7% 78.839 3.226 0,8% 30 49 J01CA PENICILLINES MET BREED SPECTRUM 0,7% 76.453 971 0,2% 78 50 G03FB OESTROGENEN MET PROGESTAGENEN, SEQUENTIELE PREPARATEN 0,7% 76.444 10.131 2,5% 6 51 N02AX OVERIGE OPIOIDEN 0,6% 74.609 949 0,2% 81 52 C01DX OVERIGE VASODILATANTIA BIJ HARTZIEKTEN 0,6% 73.939 2.926 0,7% 34 53 S01CA CORTICOSTEROIDEN MET ANTIMICROBIELE MIDDELEN 0,6% 70.425 3.011 0,7% 33 54 B02BD BLOEDSTOLLINGSFACTOREN 0,6% 69.980 5 0,0% 272 55 H05BA CALCITONINE 0,6% 68.138 285 0,1% 126 56 N05AD BUTYROFENONDERIVATEN 0,5% 64.157 1.893 0,5% 52 57 C01DA ORGANISCHE NITRATEN 0,5% 63.514 3.634 0,9% 26 58 D07AC STERK WERKZAME CORTICOSTEROIDEN (GROEP III) 0,5% 61.468 1.608 0,4% 59 59 M05BA BISFOSFONATEN 0,5% 60.216 187 0,1% 152 60 R05CB MUCOLYTICA 0,5% 59.490 260 0,1% 132 61 B01AC TROMBOCYTENAGGREGATIEREMMERS, HEPARINE UITGEZONDERD 0,5% 57.301 1.908 0,5% 51 62 A10BB SULFONYLUREUMDERIVATEN 0,5% 54.449 2.807 0,7% 36 63 C02CA ALFA-RECEPTORBLOKKERENDE MIDDELEN 0,5% 52.668 1.311 0,3% 65 64 N03AF CARBOXAMIDEDERIVATEN 0,4% 51.710 1.702 0,4% 57 65 L02BB ANTI-ANDROGENEN 0,4% 50.916 245 0,1% 136 66 C07AA BETA-RECEPTORBLOKKERENDE MIDDELEN, NIET-SELECTIEVE 0,4% 48.257 3.370 0,8% 27 67 R03AK SYMPATHICOMIMETICA MET ANDERE ASTMAMIDDELEN 0,4% 47.672 3.157 0,8% 32 68 S01BC NIET-STEROIDALE ANTI-INFLAMMATOIRE MIDDELEN ...

1 L03AB INTERFERONS 16,5% 24.194 43,4% 1.375 1,5% 15 2 N05AH DIAZEPINES, OXAZEPINES ET THIAZEPINES 13,5% 19.774 35,4% 4.833 5,2% 3 3 N06AX AUTRES ANTIDEPRESSEURS 13,0% 19.063 19,4% 14.858 15,9% 2 4 N05AX AUTRES ANTIPSYCHOTIQUES (NEUROLEPTIQUES) 10,9% 16.031 41,2% 4.468 4,8% 4 5 N06AB INHIBITEURS SELECTIFS DE LA RECAPTURE DE LA SEROTONINE 9,3% 13.704 13,4% 20.764 22,3% 1 6 N03AX AUTRES ANTIEPILEPTIQUES 7,0% 10.247 25,3% 3.325 3,6% 5 7 L03AX AUTRES IMMUNOSTIMULANTS 3,4% 5.048 54,5% 161 0,2% 57 8 N06DA INHIBITEURS DE LA CHOLINESTERASE 2,9% 4.276 14,1% 1.600 1,7% 12 9 N04BC AGONISTES DE LA DOPAMINE 2,2% 3.230 25,5% 928 1,0% 22 10 N04BA DOPA ET SES DERIVES 1,8% 2.706 20,2% 1.376 1,5% 14 11 N05AL BENZAMIDES 1,7% 2.543 31,3% 1.136 1,2% 19 12 N06BA SYMPATHOMIMETIQUES A ACTION CENTRALE 1,5% 2.262 43,2% 1.815 1,9% 10 13 N03AG DERIVES DES ACIDES GRAS 1,5% 2.222 18,4% 2.168 2,3% 9 14 C10AA INHIBITEURS DE LA HMG‐CoA REDUCTASE (STATINES) 1,3% 1.913 0,8% 2.821 3,0% 6 15 A02BC INHIBITEURS DE LA POMPE A PROTONS 1,2% 1.690 1,0% 2.184 2,3% 8 16 N04BD INHIBITEURS DES MONOAMINE OXYDASE DE TYPE B 0,8% 1.234 28,3% 495 0,5% 31 17 N06AA INHIBITEURS NON SELECTIFS DE LA RECAPTURE DE MONOAMINES 0,7% 1.071 18,6% 2.767 3,0% 7 18 N03AF DERIVES CARBOXAMIDES 0,6% 945 19,6% 1.285 1,4% 16 19 B01AC INHIBITEURS DE L'AGREGATION PLAQUETTAIRE, SAUF L'HEPARINE 0,5% 671 0,9% 727 0,8% 24 TOTAL 90,4% 132.825 ‐ 69.089 74,1% ‐
1 L03AB INTERFERONEN 16,5% 24.194 43,4% 1.375 1,5% 15 2 N05AH DIAZEPINEN, OXAZEPINEN EN THIAZEPINEN 13,5% 19.774 35,4% 4.833 5,2% 3 3 N06AX OVERIGE ANTIDEPRESSIVA 13,0% 19.063 19,4% 14.858 15,9% 2 4 N05AX OVERIGE ANTIPSYCHOTICA (NEUROLEPTICA) 10,9% 16.031 41,2% 4.468 4,8% 4 5 N06AB SELECTIEVE SEROTONINE‐HEROPNAMEREMMERS 9,3% 13.704 13,4% 20.764 22,3% 1 6 N03AX OVERIGE ANTI‐EPILEPTICA 7,0% 10.247 25,3% 3.325 3,6% 5 7 L03AX OVERIGE IMMUNOSTIMULANTIA 3,4% 5.048 54,5% 161 0,2% 57 8 N06DA CHOLINESTERASEREMMERS 2,9% 4.276 14,1% 1.600 1,7% 12 9 N04BC DOPAMINE‐AGONISTEN 2,2% 3.230 25,5% 928 1,0% 22 10 N04BA DOPA EN ‐DERIVATEN 1,8% 2.706 20,2% 1.376 1,5% 14 11 N05AL BENZAMIDEN 1,7% 2.543 31,3% 1.136 1,2% 19 12 N06BA SYMPATHICOMIMETICA MET CENTRALE WERKING 1,5% 2.262 43,2% 1.815 1,9% 10 13 N03AG VETZUURDERIVATEN 1,5% 2.222 18,4% 2.168 2,3% 9 14 C10AA HMG‐CoA REDUCTASEREMMERS (STATINES) 1,3% 1.913 0,8% 2.821 3,0% 6 15 A02BC INHIBITOREN VAN DE PROTONPOMP 1,2% 1.690 1,0% 2.184 2,3% 8 16 N04BD MAO‐REMMERS TYPE B 0,8% 1.234 28,3% 495 0,5% 31 17 N06AA NIET‐SELECTIEVE MONOAMINE‐HEROPNAMEREMMERS 0,7% 1.071 18,6% 2.767 3,0% 7 18 N03AF CARBOXAMIDEDERIVATEN 0,6% 945 19,6% 1.285 1,4% 16 19 B01AC TROMBOCYTENAGGREGATIEREMMERS, HEPARINE UITGEZONDERD 0,5% 671 0,9% 727 0,8% 24 TOTAAL 90,4% 132.825 ‐ 69.089 74,1% ‐

1 L03AB INTERFERONS 16,0% 24.433 44,8% 1.471 1,5% 15 2 N05AH DIAZEPINES, OXAZEPINES, THIAZEPINES ET OXEPINES 14,1% 21.586 35,3% 5.671 5,6% 3 3 N05AX AUTRES ANTIPSYCHOTIQUES (NEUROLEPTIQUES) 12,1% 18.534 43,8% 4.381 4,3% 4 4 N06AX AUTRES ANTIDEPRESSEURS 11,5% 17.560 19,6% 16.760 16,6% 2 5 N06AB INHIBITEURS SELECTIFS DE LA RECAPTURE DE LA SEROTONINE 8,5% 13.073 13,8% 21.320 21,1% 1 6 N03AX AUTRES ANTIEPILEPTIQUES 7,6% 11.575 24,1% 3.839 3,8% 5 7 L03AX AUTRES IMMUNOSTIMULANTS 3,7% 5.680 55,4% 182 0,2% 57 8 N06DA INHIBITEURS DE LA CHOLINESTERASE 3,1% 4.753 14,5% 1.794 1,8% 13 9 N04BC AGONISTES DE LA DOPAMINE 1,9% 2.954 23,4% 863 0,9% 23 10 N04BA DOPA ET SES DERIVES 1,9% 2.936 20,6% 1.454 1,4% 16 11 N05AL BENZAMIDES 1,7% 2.536 31,8% 1.161 1,1% 20 12 N06BA SYMPATHOMIMETIQUES A ACTION CENTRALE 1,6% 2.461 43,5% 1.968 1,9% 12 13 N03AG DERIVES DES ACIDES GRAS 1,5% 2.242 18,8% 2.235 2,2% 10 14 C10AA INHIBITEURS DE LA HMG‐CoA REDUCTASE (STATINES) 1,4% 2.135 0,8% 3.227 3,2% 6 15 A02BC INHIBITEURS DE LA POMPE A PROTONS 1,1% 1.735 1,0% 2.712 2,7% 8 16 N04BD INHIBITEURS DES MONOAMINE OXYDASE DE TYPE B 1,0% 1.602 29,0% 570 0,6% 27 17 N06AA INHIBITEURS NON SELECTIFS DE LA RECAPTURE DE MONOAMINES 0,7% 1.067 18,9% 2.753 2,7% 7 18 N03AF DERIVES CARBOXAMIDES 0,6% 912 19,6% 1.240 1,2% 17 TOTAL 90,0% 137.775 ‐ 73.600 72,7% ‐
1 L03AB INTERFERONEN 16,0% 24.433 44,8% 1.471 1,5% 15 2 N05AH DIAZEPINEN, OXAZEPINEN, THIAZEPINEN EN OXEPINEN 14,1% 21.586 35,3% 5.671 5,6% 3 3 N05AX OVERIGE ANTIPSYCHOTICA (NEUROLEPTICA) 12,1% 18.534 43,8% 4.381 4,3% 4 4 N06AX OVERIGE ANTIDEPRESSIVA 11,5% 17.560 19,6% 16.760 16,6% 2 5 N06AB SELECTIEVE SEROTONINE‐HEROPNAMEREMMERS 8,5% 13.073 13,8% 21.320 21,1% 1 6 N03AX OVERIGE ANTI‐EPILEPTICA 7,6% 11.575 24,1% 3.839 3,8% 5 7 L03AX OVERIGE IMMUNOSTIMULANTIA 3,7% 5.680 55,4% 182 0,2% 57 8 N06DA CHOLINESTERASEREMMERS 3,1% 4.753 14,5% 1.794 1,8% 13 9 N04BC DOPAMINE‐AGONISTEN 1,9% 2.954 23,4% 863 0,9% 23 10 N04BA DOPA EN ‐DERIVATEN 1,9% 2.936 20,6% 1.454 1,4% 16 11 N05AL BENZAMIDEN 1,7% 2.536 31,8% 1.161 1,1% 20 12 N06BA SYMPATHICOMIMETICA MET CENTRALE WERKING 1,6% 2.461 43,5% 1.968 1,9% 12 13 N03AG VETZUURDERIVATEN 1,5% 2.242 18,8% 2.235 2,2% 10 14 C10AA HMG‐CoA REDUCTASEREMMERS (STATINES) 1,4% 2.135 0,8% 3.227 3,2% 6 15 A02BC INHIBITOREN VAN DE PROTONPOMP 1,1% 1.735 1,0% 2.712 2,7% 8 16 N04BD MAO‐REMMERS TYPE B 1,0% 1.602 29,0% 570 0,6% 27 17 N06AA NIET‐SELECTIEVE MONOAMINE‐HEROPNAMEREMMERS 0,7% 1.067 18,9% 2.753 2,7% 7 18 N03AF CARBOXAMIDEDERIVATEN 0,6% 912 19,6% 1.240 1,2% 17 TOTAAL 90,0% 137.775 ‐ 73.600 72,7% ‐

1 L03AB INTERFERONS 15,6% 24.623 46,6% 1.555 1,4% 15 2 N05AH DIAZEPINES, OXAZEPINES, THIAZEPINES ET OXEPINES 14,4% 22.832 34,9% 6.114 5,7% 3 3 N05AX AUTRES ANTIPSYCHOTIQUES (NEUROLEPTIQUES) 13,2% 20.835 44,4% 4.820 4,5% 4 4 N06AX AUTRES ANTIDEPRESSEURS 9,8% 15.534 19,7% 18.052 16,8% 2 5 N03AX AUTRES ANTIEPILEPTIQUES 8,0% 12.697 22,5% 4.568 4,3% 5 6 N06AB INHIBITEURS SELECTIFS DE LA RECAPTURE DE LA SEROTONINE 7,8% 12.278 13,8% 21.662 20,2% 1 7 L03AX AUTRES IMMUNOSTIMULANTS 3,8% 6.080 56,9% 195 0,2% 56 8 N06DA INHIBITEURS DE LA CHOLINESTERASE 3,2% 5.023 14,5% 1.904 1,8% 13 9 N04BC AGONISTES DE LA DOPAMINE 2,4% 3.836 27,3% 1.171 1,1% 20 10 N06BA SYMPATHOMIMETIQUES A ACTION CENTRALE 2,0% 3.201 44,0% 2.284 2,1% 10 11 N04BA DOPA ET SES DERIVES 1,9% 2.967 20,9% 1.490 1,4% 16 12 N05AL BENZAMIDES 1,5% 2.323 31,7% 1.106 1,0% 21 13 C10AA INHIBITEURS DE LA HMG-CoA REDUCTASE (STATINES) 1,5% 2.309 0,9% 3.603 3,4% 6 14 N03AG DERIVES DES ACIDES GRAS 1,3% 2.116 18,8% 2.233 2,1% 11 15 N04BD INHIBITEURS DES MONOAMINE OXYDASE DE TYPE B 1,3% 2.046 29,6% 659 0,6% 25 16 A02BC INHIBITEURS DE LA POMPE A PROTONS 1,1% 1.723 1,2% 3.234 3,0% 7 17 N06AA INHIBITEURS NON SELECTIFS DE LA RECAPTURE DE MONOAMINES 0,8% 1.250 18,2% 2.730 2,5% 9 18 N03AF DERIVES CARBOXAMIDES 0,6% 949 18,8% 1.183 1,1% 19 TOTAL 90,2% 142.621 - 78.564 73,2% -
1 L03AB INTERFERONEN 15,6% 24.623 46,6% 1.555 1,4% 15 2 N05AH DIAZEPINEN, OXAZEPINEN, THIAZEPINEN EN OXEPINEN 14,4% 22.832 34,9% 6.114 5,7% 3 3 N05AX OVERIGE ANTIPSYCHOTICA (NEUROLEPTICA) 13,2% 20.835 44,4% 4.820 4,5% 4 4 N06AX OVERIGE ANTIDEPRESSIVA 9,8% 15.534 19,7% 18.052 16,8% 2 5 N03AX OVERIGE ANTI-EPILEPTICA 8,0% 12.697 22,5% 4.568 4,3% 5 6 N06AB SELECTIEVE SEROTONINE-HEROPNAMEREMMERS 7,8% 12.278 13,8% 21.662 20,2% 1 7 L03AX OVERIGE IMMUNOSTIMULANTIA 3,8% 6.080 56,9% 195 0,2% 56 8 N06DA CHOLINESTERASEREMMERS 3,2% 5.023 14,5% 1.904 1,8% 13 9 N04BC DOPAMINE-AGONISTEN 2,4% 3.836 27,3% 1.171 1,1% 20 10 N06BA SYMPATHICOMIMETICA MET CENTRALE WERKING 2,0% 3.201 44,0% 2.284 2,1% 10 11 N04BA DOPA EN -DERIVATEN 1,9% 2.967 20,9% 1.490 1,4% 16 12 N05AL BENZAMIDEN 1,5% 2.323 31,7% 1.106 1,0% 21 13 C10AA HMG-CoA REDUCTASEREMMERS (STATINES) 1,5% 2.309 0,9% 3.603 3,4% 6 14 N03AG VETZUURDERIVATEN 1,3% 2.116 18,8% 2.233 2,1% 11 15 N04BD MAO-REMMERS TYPE B 1,3% 2.046 29,6% 659 0,6% 25 16 A02BC INHIBITOREN VAN DE PROTONPOMP 1,1% 1.723 1,2% 3.234 3,0% 7 17 N06AA NIET-SELECTIEVE MONOAMINE-HEROPNAMEREMMERS 0,8% 1.250 18,2% 2.730 2,5% 9 18 N03AF CARBOXAMIDEDERIVATEN 0,6% 949 18,8% 1.183 1,1% 19 TOTAAL 90,2% 142.621 - 78.564 73,2% -

56 A07EC MESALAZINE ET SIMILAIRES 0,4% 4 0,0% 4 0,3% 61 57 C07AA BETA‐BLOQUANTS NON SELECTIFS 0,4% 4 0,0% 15 1,0% 29 58 N03AG DERIVES DES ACIDES GRAS 0,4% 4 0,0% 3 0,2% 71 59 A02BA ANTIHISTAMINIQUES H2 0,4% 4 0,0% 14 0,9% 31 60 C07BB BETA‐BLOQUANTS SELECTIFS ET THIAZIDES 0,4% 4 0,0% 14 0,9% 32 61 D05AX AUTRES ANTIPSORIASIQUES A USAGE LOCAL 0,4% 4 0,1% 1 0,1% 117 62 A10AB INSULINES ET ANALOGUES INJECTABLES A ACTION RAPIDE 0,4% 4 0,0% 4 0,2% 69 63 G03DA DERIVES DU PREGNENE(4) 0,4% 4 0,1% 6 0,4% 54 64 N04BC AGONISTES DE LA DOPAMINE 0,3% 4 0,0% 1 0,1% 112 65 C08DB DERIVES DE LA BENZOTHIAZEPINE 0,3% 4 0,0% 6 0,4% 52 66 N07XX AUTRES MEDICAMENTS DU SYSTEME NERVEUX CENTRAL 0,3% 4 0,2% 0 0,0% 152 67 A10BX AUTRES HYPOGLYCEMIANTS A L'EXCEPTION DES INSULINES 0,3% 4 0,0% 5 0,3% 58 68 S01EE ANALOGUES DE LA PROSTAGLANDINE 0,3% 4 0,0% 5 0,3% 60 69 M05BB BIPHOSPHONATES, ASSOCIATIONS 0,3% 3 0,0% 3 0,2% 73 70 L02AE ANALOGUES DE LA GONADORELINE 0,3% 3 0,0% 1 0,0% 126 71 A10BB DERIVES DE LA SULFONYLUREE 0,3% 3 0,0% 8 0,5% 43 72 C03DA ANTAGONISTES DE L'ALDOSTERONE 0,3% 3 0,0% 7 0,4% 45 73 M04AA INHIBITEURS DE LA PRODUCTION D'ACIDE URIQUE 0,3% 3 0,0% 15 1,0% 30 74 N04BA DOPA ET SES DERIVES 0,3% 3 0,0% 2 0,1% 92 75 N04BD INHIBITEURS DES MONOAMINE OXYDASE DE TYPE B 0,3% 3 0,1% 1 0,1% 118 76 C03EA DIURETIQUE DU TUBE DISTAL ET D'EPARGNE POTASSIQUE 0,3% 3 0,0% 17 1,1% 22 77 N02AB DERIVES DE LA PHENYLPIPERIDINE 0,3% 3 0,0% 1 0,1% 116 78 A09AA PREPARATIONS ENZYMATIQUES 0,3% 3 0,1% 2 0,1% 97 79 G03CA ESTROGENES NATURELS ET SEMISYNTHETIQUES, MONOCOMPOSES 0,3% 3 0,1% 21 1,4% 18 80 L04AA IMMUNOSUPPRESSEURS SELECTIFS 0,3% 3 0,0% 0 0,0% 138 81 A10AD INSULINES ET ANAL.
54 A10BA BIGUANIDEN 0,4% 4 0,0% 26 1,7% 12 55 J05AB NUCLEOSIDEN EN NUCLEOTIDEN, EXCL. INHIB. VAN HET REVERSE TR 0,4% 4 0,1% 0 0,0% 156 56 A07EC MESALAZINE EN VERWANTE VERBINDINGEN 0,4% 4 0,0% 4 0,3% 61 57 C07AA BETA‐BLOKKERS, NIET‐SELECTIEVE 0,4% 4 0,0% 15 1,0% 29 58 N03AG VETZUURDERIVATEN 0,4% 4 0,0% 3 0,2% 71 59 A02BA H2‐RECEPTORBLOKKERENDE MIDDELEN 0,4% 4 0,0% 14 0,9% 31 60 C07BB SELECTIEVE BETA‐BLOKKERS MET THIAZIDEN 0,4% 4 0,0% 14 0,9% 32 61 D05AX OVERIGE LOKALE PSORIASISMIDDELEN 0,4% 4 0,1% 1 0,1% 117 62 A10AB INSPUITBARE INSULINES EN ANALOGEN, SNELWERKEND 0,4% 4 0,0% 4 0,2% 69 63 G03DA PREGN‐4‐EEN DERIVATEN 0,4% 4 0,1% 6 0,4% 54 64 N04BC DOPAMINE‐AGONISTEN 0,3% 4 0,0% 1 0,1% 112 65 C08DB BENZOTHIAZEPINEDERIVATEN 0,3% 4 0,0% 6 0,4% 52 66 N07XX OVERIGE MIDDELEN VOOR HET CENTRAAL ZENUWSTELSEL 0,3% 4 0,2% 0 0,0% 152 67 A10BX OVERIGE HYPOGLYKEMIERENDE MIDDELEN MET UITZONDERING VA 0,3% 4 0,0% 5 0,3% 58 68 S01EE PROSTAGLANDINEANALOGEN 0,3% 4 0,0% 5 0,3% 60 69 M05BB BISFOSFONATEN, COMBINATIEPREPARATEN 0,3% 3 0,0% 3 0,2% 73 70 L02AE GONADORELINE‐ANALOGEN 0,3% 3 0,0% 1 0,0% 126 71 A10BB SULFONYLUREUMDERIVATEN 0,3% 3 0,0% 8 0,5% 43 72 C03DA ALDOSTERONANTAGONISTEN 0,3% 3 0,0% 7 0,4% 45 73 M04AA MIDDELEN MET REMMENDE WERKING OP DE URINEZUURPRODUKT 0,3% 3 0,0% 15 1,0% 30 74 N04BA DOPA EN ‐DERIVATEN 0,3% 3 0,0% 2 0,1% 92 75 N04BD MAO‐REMMERS TYPE B 0,3% 3 0,1% 1 0,1% 118 76 C03EA " LOW‐CEILING" DIURETICA MET KALIUMSPARENDE MIDDELEN 0,3% 3 0,0% 17 1,1% 22 77 N02AB FENYLPIPERIDINEDERIVATEN 0,3% 3 0,0% 1 0,1% 116 78 A09AA ENZYMPREPARATEN 0,3% 3 0,1% 2 0,1% 97 79 G03CA NATUURLIJKE EN SEMISYNTHETISCHE OESTROGENEN, ENKELVOUDI 0,3% 3 0,1% 21 1,4% 18 80 L04AA SELECTIEVE IMMUNOSUPPRESSIVA 0,3% 3 0,0% 0 0,0% 138 81 A10AD INSPUITB.

Le diabète peut avoir des causes variées : une diminution ou un arrêt de la production d’insuline par le pancréas (diabète de type 1, insulinodépendant, encore appelé diabète juvénile) une résistance à l’action de l’insuline au niveau des cellules (diabète de type 2, dit diabète de l’adulte ou diabète de type gras) une autre maladie (infection, maladie génétique, maladie du pancréas ou endocrinienne, tumeur, usage de médicaments, etc) des modifications hormonales (diabète de la grossesse).
Diabetes ontwikkelt zich, hetzij door: een vermindering of stopzetting van de productie van insuline door de pancreas (type 1-diabetes, insulineafhankelijke, of ook juveniele diabetes genoemd) insulineresistentie in de cellen (type 2-diabetes, ouderdomsdiabetes of vette diabetes genoemd) ten gevolge van een andere ziekte (infectie, genetische aandoening, pancreas- of endocriene ziekte, tumor, gebruik van geneesmiddelen, enz. ) door hormonale wijzigingen (zwangerschapsdiabetes).

L’analyse des facteurs qui conditionnent une désinfection efficace à l’aide d’un désinfectant liquide comprend: le nettoyage antérieur de l'objet, la présence de charge organique et inorganique, le type et le niveau de contamination microbienne, la concentration du produit germicide, le temps d'exposition, la température, le pH, la présence de biofilms ou l’inhibition de l’action germicide par d’autres substances (savons anioniques)…
De analyse van de factoren die voor een doeltreffende desinfectie door middel van een vloeibaar desinfectiemiddel zorgen omvat: voorafgaande reiniging van het voorwerp, aanwezigheid van organische en anorganische belasting, type en niveau van de microbiële besmetting, concentratie aan kiemdodend middel, contacttijd, temperatuur, pH, aanwezigheid van biofilms of inhibitie door andere stoffen (anionische zepen), …

En 2010, un document pour les clients externes a été développé afin de préciser le champ d’action et les procédures des demandes nationale de STA par rapport aux autres types de demandes d’avis (par exemple : portfolio, pre-submission meetings, eCTA pre-submission meetings, FAQ).
In 2010 is een document ontwikkeld voor externe klanten teneinde de scope en procedures te verduidelijken van nationale WTA-aanvragen versus andere types van advies aanvragen (bijvoorbeeld: portefolio, pre-submission meetings, eCTA presubmission meetings, FAQ).

L’analyse des facteurs qui conditionnent une désinfection efficace à l’aide d’un désinfectant liquide comprend: le nettoyage antérieur de l’objet, la présence de charge organique et inorganique, le type et le niveau de contamination microbienne, la concentration du produit germicide, le temps d’exposition, la température, le pH, la présence de biofilms ou l’inhibition de l’action germicide par d’autres substances (savons anioniques), …
De analyse van de factoren die voor een doeltreffende desinfectie door middel van een vloeibaar desinfectiemiddel zorgen, omvat: voorafgaande reiniging van het voorwerp, aanwezigheid van organische en anorganische belasting, type en niveau van de microbiële besmetting, concentratie aan kiemdodend middel, contacttijd, temperatuur, pH, aanwezigheid van biofilms of inhibitie door andere stoffen (anionische zepen), …

C’est dans ce cadre et en parallèle du contrôle des produits lui-même (contrôle de la production et de vente, interdiction de consommation dans les lieux publics, contrôle de la composition du produit,…) que d’autres types d’actions sont prises :
In het kader daarvan en parallel met de controle van de producten zelf (controle van productie en verkoop, rookverbod in openbare plaatsen, controle van de productsamenstelling, …) worden andere soorten acties ondernomen: