Le 13 juin 1996, le Conseil national de l'Ordre des médecins était informé par un de ses conseils provinciaux de ce qu'un fonctionnaire non-médecin à l'Office des Etrangers, chargé de l'examen des certificats médicaux et de leur recevabilité, exigeait, via l'assistante sociale travaillant au Service Social des Etrangers, qu'un intéressé lui fournisse un certificat mentionnant un diagnostic précis, ajoutant que seul un diagnostic de cancer ou de SIDA stade 4 était recevable.
Op 13 juni 1996 werd de Nationale Raad van de Orde van geneesheren door één van zijn provinciale raden op de hoogte gebracht van het feit dat een ambtenaar, niet-geneesheer, van de Dienst Vreemdelingenzaken, belast met het onderzoek van de doktersattesten en hun ontvankelijkheid, via de maatschappelijk werkster van de Afdeling welzijnszaken voor vreemdelingen van een betrokkene eiste dat deze hem een attest met een precieze diagnose leverde, eraan toevoegend dat enkel een diagnose van kanker of AIDS in stadium 4 ontvankelijk was.