Les trois institutions conviennent que la législation de l'Union devrait être compréhensible et claire, permettre aux citoyens, aux administrations et aux entreprises de comprendre aisément leurs droits et leurs obligations, prévoir des exigences appropriées en matière d'information, de suivi et d'évaluation, éviter la réglementation excessive et les lourdeurs administratives, et être aisée à mettre en œuvre.
De drie instellingen komen overeen dat Uniewetgeving begrijpelijk en duidelijk moet zijn, burgers, overheidsdiensten en bedrijven in staat moet stellen gemakkelijk hun rechten en verplichtingen te begrijpen, passende voorschriften inzake rapportage, monitoring en evaluatie moet bevatten, overregulering en administratieve lasten moet vermijden en praktisch uitvoerbaar moet zijn.