Il s'agit de la clôture des comptes, de l'établissement du bilan en cas de faillite et de la vérification et rectification du bilan par le curateur, ainsi que de la responsabilité des administrateurs en cas de faute grave et caractérisée. Cette notion recouvre désormais aussi toute forme de fraude fiscale grave et organisée au sens de l'article 3, §2, de la loi du 11 janvier 1993 relative à la prévention de l'utilisation du système financier aux fins du blanchiment de capitaux.
Het gaat om het afsluiten van de rekeningen, het opmaken van de balans bij faillissement en de verificatie en verbetering van de balans door de curator, alsook over de verantwoordelijkheid van de bestuurders ingeval van `kennelijk grove fout', waaronder nu ook begrepen wordt iedere vorm van ernstige en georganiseerde fiscale fraude in de zin van artikel 3, paragraaf 2, van de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld.