Attendu que lors de la discussion générale relative à l'adoption de l'article 4bis de la loi sur laquelle se fonde la saisine de la commission, le ministre de l'époque r
appelait que : « la proposition à l'examen poursuit l'objectif suivant (.) : imputer sur les dépenses électorales du ministre le coût des communications gouvernementales qui sont
faites en dehors de cette période et qui visent à flatter l'image dudit ministre » (1384/6; 93/94, rapport du 2 juin 1994, p. 5)
...[+++];
Overwegende dat tijdens de algemene bespreking betreffende de aanneming van artikel 4bis van de wet waarop het adiëren van de Controlecommissie berust, de toenmalige minister eraan herinnerde dat : « Het voorliggende voorstel streeft (..) een totaal ander doel na : (..) de kosten van de regeringsmededelingen die buiten die periode worden gedaan en gericht zijn op het verbeteren van het imago van de betrokken minister, verrekenen met de toegestane verkiezingsuitgaven van de minister » (1384/6; 93/94, verslag van 2 juni 1994, blz. 5);