Les autorités chargées de la gestion du trafic aérien doivent prendre des mesures efficaces pour éviter la formation de trainées de condensation et de cirrus en modifiant les profils des vols, à savoir en faisant en sorte que les vols ne passent pas dans des zones où, en raison des conditions atmosphériques particulières, on peut prévoir que ces nuages se formeront.
Daarom moeten alle effecten van de luchtvaart zoveel mogelijk in beschouwing worden genomen. De met het luchtverkeersbeheer belaste autoriteiten dienen doeltreffende maatregelen uit te voeren om de vorming van condensatiestrepen en cirruswolken te voorkomen door middel van wijzigingen in de vluchtpatronen, met name door te voorkomen dat vluchten door gebieden gaan waar als gevolg van de specifieke atmosferische omstandigheden de vorming van zulke wolken te verwachten is.