Art. 344. Les actifs des personnes morales visées à l'article 342, § 1 , 3º, sur lesquels un ou plusieurs membres de l'organisation criminelle exercent un contrôle, constituent l'objet de l'infraction au sens de l'article 42, 1º, et sont confisqués, même s'ils ne sont pas la propriété du condamné, mais de telle manière que les droits de tiers sur les biens qui peuvent faire l'objet de la confiscation ne soient pas lésés».
Art. 344. De activa van de rechtspersonen bedoeld in artikel 342, § 1º, 3º, waarover één of meerdere leden van de criminele organisatie de controle uitoefenen, maken het voorwerp uit van het misdrijf in de zin van artikel 42, 1º, en zij worden verbeurd-verklaard, ook indien zij geen eigendom zijn van de veroordeelde, zonder dat deze verbeurdverklaring nochtans de rechten van derden op de goederen die het voorwerp kunnen uitmaken van de verbeurdverklaring schaadt».