Dans son arrêt 202/2004 du 21 décembre 2004, la Cour d'arbitrage a considéré que les dispositions de la loi du 6 janvier 2003 relative aux méthodes particulières de recherche, organisa
nt le contrôle d'un juge indépendant et impartial sur la légalité de la mise en œuvre de ces méthodes de recherche, étaie
nt insuffisantes en raison de l'existence d'un dossier confidentiel et séparé, géré par le proc
ureur du Roi, et du caractère trop ...[+++] limité du contrôle juridictionnel.
Het Arbitragehof heeft in zijn arrest 202/2004 van 21 december 2004 gewezen dat de bepalingen van de wet van 6 januari 2003 betreffende de bijzondere opsporingsmethoden en enige andere onderzoeksmethoden die voorzien in de controle van een onafhankelijke en onpartijdige rechter op de wettigheid van de aanwending van deze opsporingsmethodes, ontoereikend waren wegens het bestaan van een vertrouwelijk en afzonderlijk, door de procureur des Konings beheerd, dossier en doordat de rechterlijke controle te beperkt was.