3. Par dérogation aux dispositions du paragraphe 1 et du règlement (CEE) n° 2377/90, des médicaments peuvent être commercialisés pour les animaux particuliers appartenant à la famille des équidés visés à l'article 10, paragraphe 2, de la présente directive, tout en contenant des substances qui ne figurent pas aux annexes I, II ou III du règlement (CEE) n° 2377/90.
3. In afwijking van het bepaalde in lid 1 en van Verordening (EEG) nr. 2377/90 mogen voor dieren die specifiek behoren tot de familie van de paardachtigen en vallen onder artikel 10, lid 2 van deze richtlijn producten in de handel worden gebracht welke stoffen bevatten die niet zijn vermeld in de bijlagen I, II en III van Verordening (EEG) nr. 2377/90.