Si l'employeur apporte à l'appui de sa justification la preuve qu'au moment où la dette est exigible, il détenait une créance certaine et exigible à l'égard de l'État, d'une province ou d'un établissement public provincial, d'une commune, d'une association de communes ou d'un établissement public communal ou intercommunal, ou d'un organisme d'intérêt public visé à l'article 1er de la loi du 16 mars 1954 ou d'un organisme d'intérêt public visé à l'article 24 de la même loi.
Indien de werkgever, ter verantwoording, het bewijs levert dat op het ogenblik dat de schuld eisbaar werd, hij een vaste en eisbare schuldvordering bezat ten opzichte van het Rijk, een provincie of provinciale openbare instelling, een gemeente, een vereniging van gemeente, een gemeentelijke of intercommunale of een instelling van openbaar nut beoogd bij artikel 1 van de wet van 16 maart 1954 of een instelling van openbaar nut beoogd bij artikel 24 van dezelfde wet.