« Dans un arrêt de la Cour d'appel d'Anvers, l'arrêté du Gouvernement flamand du 17 juillet 1984 a été déclaré illégal au motif que les raisons invoquées dans le préambule de l'arrêté pour justifier l'urgence, sur la base desquelles il a été omis de demander l'avis de la section de législation du Conseil d'Etat, n'étaient pas valables.
« In een arrest van het Hof van Beroep te Antwerpen werd het besluit van de Vlaamse Regering van 17 juli 1984, [.] onwettig verklaard op grond dat de in de aanhef van het besluit ingeroepen redenen tot staving van de hoogdringendheid, op grond waarvan werd nagelaten het advies van de afdeling Wetgeving van de Raad van State in te winnen, niet deugdelijk waren.