Art. 26. Pour l'application de l'article 16 de la loi, un pays tiers est réputé imposer à l'émetteur des obligations équivalentes à l'obligation de notifier la détention, l'acquisition ou la cession de ses propres participations, telle qu'énoncée aux articles 6 et 7 de la loi, si, en vertu de la législation de ce pays, un émetteur dont le siège statutaire est établi sur son territoire est tenu de procéder à une notification lorsque les droits de vote attachés aux titres conférant le droit de vote qu'il détient atteignent, dépassent ou tombent sous l'un des seuils visés à l'article 6 de la loi.
Art. 26. Voor de toepassing van artikel 16 van de wet, wordt een derde land geacht aan de emittent verplichtingen op te leggen die gelijkwaardig zijn aan de verplichting om kennis te geven van het bezit, de verwerving of de overdracht van eigen deelnemingen als bedoeld in de artikelen 6 en 7 van de wet, wanneer een emittent die zijn statutaire zetel in dit derde land heeft, krachtens de wetgeving van dit land moet kennisgeven wanneer de stemrechten verbonden aan de stemrechtverlenende effecten die hij houdt een van de in artikel 6 van de wet bedoelde drempelwaarden bereiken, over- of onderschrijden.