En ce qui concerne les bénéfices et profits visés à l’article 23, § 1, 1· et 2·, et les bénéfices et profits visés à l’article 228, § 2, 3· et 4·, produits ou recueillis par une personne physique, il est imputé sur l’impôt des personnes physiques ou sur l’impôt des non-résidents un crédit d’impôt de 10 p.c., avec un maximum de 3 750 EUR, de l’excédent que représente:”;
Met betrekking tot de in artikel 23, § 1, 1· en 2·, vermelde winst en baten en de in artikel 228, § 2, 3· en 4·, vermelde winst en baten behaald of verkregen door een natuurlijke persoon, wordt met de personenbelasting of de belasting niet-inwoners een belastingkrediet verrekend van 10 pct., met een maximum van 3 750 EUR, van het meerdere van:”;