Il en va de même pour toute personne physique ou morale qui a pris la décision de céder, directement ou indirectement, une participation qualifiée ou de réduire sa participation qualifiée de sorte que la proportion de parts de capital ou de droits de vote détenue deviendrait inférieure aux seuils de 20 %, de 30 % ou de 50 % ou que l’établissement de paiement cesserait d’être sa filiale.
Dit geldt tevens voor iedere natuurlijke persoon of rechtspersoon die besluit hetzij rechtstreeks, hetzij onrechtstreeks een gekwalificeerde deelneming af te stoten of deze te verminderen, waardoor het percentage van de gehouden aandelen in het kapitaal of de stemrechten minder dan 20 %, 30 % of 50 % zou bedragen of de betalingsinstelling niet langer zijn dochteronderneming zou zijn.