2. Jusqu'à l'adoption des réglementations nécessaires mentionnées à l'article 35, si l'une des parties constate des pratiques de subventions dans ses échanges avec l'autre partie au sens des articles VI et XVI du GATT de 1994 et de sa propre législation en la matière, elle peut prendre les mesures appropriées à l'encontre de ces pratiques, conformément à l'accord de l'OMC sur les subventions et les mesures compensatoires et à sa propre législation en la matière.
2. Tot de in artikel 35, lid 2, bedoelde regels zijn vastgesteld, kan, indien één der partijen constateert dat in het handelsverkeer met de andere partij dumping plaatsvindt in de zin van de geldende internationale regels, als gedefinieerd in de artikelen VI en XVI van de Algemene Overeenkomst inzake Tarieven en Handel (GATT) 1994 en haar eigen wetgeving terzake, deze partij passende maatregelen nemen tegen deze praktijk op grond van die regels, als gedefinieerd in de WTO-overeenkomst inzake subsidies en compenserende maatregelen en haar binnenlandse wetgeving op dit gebied.
