Les États membres doivent examiner les modalités selon lesquelles, conformément à la législation et à la pratique nationale, des prestations comparables seront offertes aux gens de mer, en l'absence d'une couverture suffisante dans les neuf branches visées (paragraphe 6).
De lidstaten moeten de modaliteiten onderzoeken volgens welke, overeenkomstig de nationale wetgeving en praktijk, aan de zeevarenden vergelijkbare uitkeringen zullen worden geboden, bij ontstentenis van voldoende dekking in de negen bedoelde takken (paragraaf 6).