Cette exigence se justifie, d'une part, par le fait qu'il est logique que la personne qui introduit une demande d'autorisation de séjour fasse la preuve de son identité et, d'autre part, par la nécessité de traiter de manière égale les étrangers qui demandent l'autorisation de séjour selon la procédure ordinaire, sur la base de l'article 9, alinéa 2, de la loi et ceux qui introduisent la même demande sur la base de l'article 9, alinéa 3, de la même loi.
Deze vereiste is verantwoord, enerzijds, door het feit dat het logisch is dat de persoon die een aanvraag voor een machtiging tot verblijf indient, het bewijs van zijn identiteit levert en, anderzijds, door de noodzaak de vreemdelingen die de machtiging tot verblijf volgens de gewone procedure aanvragen op grond van artikel 9, tweede lid, van de wet, en de vreemdelingen die dezelfde aanvraag indienen op grond van artikel 9, derde lid, van dezelfde wet, op gelijke wijze te behandelen.