Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "règlement collectif était raisonnablement justifiée " (Frans → Nederlands) :

Par ses arrêts n° 83/2004 du 12 mai 2004 et n° 139/2004 du 22 juillet 2004, la Cour a jugé que l'exclusion des dettes subsistant après la clôture de la faillite de la possibilité de faire l'objet d'une remise de dettes dans le cadre du règlement collectif était raisonnablement justifiée.

Bij zijn arresten nr. 83/2004 van 12 mei 2004 en nr. 139/2004 van 22 juli 2004 heeft het Hof geoordeeld dat het uitsluiten van de schulden die na de sluiting van het faillissement blijven bestaan, van de mogelijkheid te worden kwijtgescholden in het kader van de collectieve schuldenregeling, redelijk verantwoord was.


2. L'arrêt n° 233.609 du 26 janvier 2016 du Conseil d'Etat, qui a annulé, dans l'article 71, alinéa 4, du règlement général de procédure, les mots « dans un délai de huit jours à dater de la réception de la formule de virement », a motivé cette annulation en relevant que le dossier administratif ne contient aucune justification permettant de comprendre pourquoi le délai retenu par le Roi a été fixé à huit jours et qu'il est ainsi extrêmement difficile de déterminer si la mesure adoptée est raisonnablement justifiée (point 39 ...[+++]

2. Bij arrest nr. 233.609 d.d. 26 januari 2016 van de Raad van State zijn in artikel 71, vierde lid, van de algemene procedureregeling, de woorden "binnen een termijn van acht dagen te rekenen vanaf de ontvangst van het overschrijvingsformulier" vernietigd op de grond dat het administratief dossier geen enkele rechtvaardiging bevat die het mogelijk maakt te begrijpen waarom de Koning een termijn van acht dagen heeft vastgesteld en dat het bijgevolg uitermate moeilijk vast te stellen is of de aangenomen maatregel redelijkerwijze gerechtvaardigd is (punt 39 van het arrest).


Compte tenu de ce qui précède, la différence de traitement mentionnée en B.2 était raisonnablement justifiée lors de l'élaboration du décret du 13 juillet 2001.

Rekening houdend met het bovenstaande was het in B.2 vermelde verschil in behandeling bij de totstandkoming van het decreet van 13 juli 2001 redelijk verantwoord.


L'article 464/1, § 8, du Code d'instruction criminelle viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution en ce qu'il est porté une atteinte excessive au principe de confiance et que la différence de traitement est potentiellement dénuée de justification raisonnable dans la mesure où, lors de l'instauration de cet article par l'article 4 de la loi du 11 février 2014 portant des mesures diverses visant à améliorer le recouvrement des peines patrimoniales et des frais de justice en matière pénale (I), qui implique que les amendes pénal ...[+++]

Schendt artikel 464/1, § 8 Sv. de artikelen 10 en 11 van de Grondwet doordat het vertrouwensbeginsel op buitensporige wijze wordt geschonden en er mogelijk geen redelijke verantwoording wordt gegeven voor het verschil in behandeling, voor zover er bij de invoering van dit artikel door artikel 4 van de wet van 11 februari 2014 houdende diverse maatregelen ter verbetering van de invordering van de vermogensstraffen en de gerechtskosten in strafzaken (I) waardoor penale boetes niet langer konden kwijtgescholden worden geen overgangsregeling werd voorzien voor die personen die in collectieve schuldenregeling zaten en penale boetes hadden opg ...[+++]


En posant la première question préjudicielle, le juge a quo souhaite savoir si l'article 464/1, § 8, alinéa 5, du Code d'instruction criminelle, tel qu'il a été inséré par l'article 4 de la loi du 11 février 2014, est compatible avec les articles 10 et 11 de la Constitution, combinés avec le principe de confiance, dans la mesure où l'absence d'un régime transitoire a pour conséquence que les personnes qui étaient encore impliquées dans une procédure en règlement collectif de dettes à la date du 18 avril 2014 ne peuvent plus obtenir une remise totale des amendes pénales auxquelles elles ont été condamnées avant cette ...[+++]

De verwijzende rechter wenst met de eerste prejudiciële vraag te vernemen of artikel 464/1, § 8, vijfde lid, van het Wetboek van strafvordering, zoals ingevoegd bij artikel 4 van de wet van 11 februari 2014, bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met het vertrouwensbeginsel, in zoverre de afwezigheid van een overgangsregeling tot gevolg heeft dat voor personen die op 18 april 2014 nog in een procedure een collectieve schuldenregeling verwikkeld waren, geen totale kwijtschelding meer mogelijk is van de penale boeten waartoe zij vóór die datum waren veroordeeld, terwijl personen ten aanzien van wie d ...[+++]


En posant les deux questions préjudicielles, le juge a quo souhaite savoir si l'article 464/1, § 8, alinéa 5, du Code d'instruction criminelle (première question) et l'article 1675/13, § 3, premier tiret, du Code judiciaire (seconde question), sont compatibles avec les articles 10 et 11 de la Constitution, combinés avec le principe de confiance, en ce que des personnes dont la procédure en règlement collectif de dettes était toujours en cours au jour de l'entrée en vigueur de ces dispositions ne pourraient plus, depuis cette date, obtenir une remise pour ...[+++]

Met de beide prejudiciële vragen wenst de verwijzende rechter te vernemen of artikel 464/1, § 8, vijfde lid, van het Wetboek van strafvordering (eerste vraag) en artikel 1675/13, § 3, eerste streepje, van het Gerechtelijk Wetboek (tweede vraag), bestaanbaar zijn met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met het vertrouwensbeginsel, doordat personen die zich op de datum van inwerkingtreding van die bepalingen bevonden in een procedure van collectieve schuldenregeling, sinds die datum geen kwijtschelding meer zouden kunnen verkrijgen van penale boeten en van onderhoudsschulden, terwijl dat voor personen ten aanzien va ...[+++]


En posant la seconde question préjudicielle, le juge a quo souhaite savoir si l'article 1675/13, § 3, premier tiret, du Code judiciaire, tel qu'il a été modifié par l'article 10 de la loi du 12 mai 2014, est compatible avec les articles 10 et 11 de la Constitution, combinés avec le principe de confiance, en ce que l'absence d'un régime transitoire a pour conséquence que, depuis le 1 août 2014, le débiteur ne peut plus obtenir une remise totale des dettes alimentaires échues au jour de la décision arrêtant le plan de règlement judiciaire, sur la base de l'article 1675/13bis du Code judiciaire, alors que des personnes dont le ...[+++]

De verwijzende rechter wenst met de tweede prejudiciële vraag te vernemen of artikel 1675/13, § 3, eerste streepje, van het Gerechtelijk Wetboek, zoals gewijzigd bij artikel 10 van de wet van 12 mei 2014, bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met het vertrouwensbeginsel, in zoverre de afwezigheid van een overgangsregeling tot gevolg heeft dat de schuldenaar voor de onderhoudsschulden die vervallen waren op de dag van de uitspraak houdende vaststelling van de gerechtelijke aanzuiveringsregeling, sinds 1 augustus 2014 geen totale kwijtschelding meer kan verkrijgen op grond van artikel 1675/13bis van het Gerechtelijk Wetboek, terwijl personen ten aanzien van wie de ...[+++]


Ces affaires, inscrites sous les numéros 5702 et 5704 du rôle de la Cour, ont été jointes. c. Par arrêt du 18 décembre 2013 en cause du ministère public contre Alexandre Chalaguine et autres, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 23 décembre 2013, la Cour d'appel de Bruxelles a posé la question préjudicielle suivante : « L'article 7 de la loi du 14 janvier 2013 [portant des dispositions fiscales et autres en matière de justice], modifiant l'article 24 du titre préliminaire du Code de procédure pénale, viole-t-il les articles 10, 11 et 12 de la Constitution, combinés ou non avec les principes de légalité et de sécurité juridique, l'article 14, § § 1 et 3 du Pacte international relatif aux droits civils et politiques et l'art ...[+++]

Die zaken, ingeschreven onder de nummers 5702 en 5704 van de rol van het Hof, werden samengevoegd. c. Bij arrest van 18 december 2013 in zake het openbaar ministerie tegen Alexandre Chalaguine en anderen, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 23 december 2013, heeft het Hof van Beroep te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 7 van de wet van 14 januari 2013 [houdende fiscale en andere bepalingen betreffende justitie], dat artikel 24 van de voorafgaande titel van het Wetboek van strafvordering wijzigt, de artikelen 10, 11 en 12 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met het we ...[+++]


Le législateur ne pourrait en priver une catégorie de contribuables que si cette mesure était raisonnablement justifiée.

De wetgever zou die slechts aan een categorie van belastingplichtigen kunnen ontzeggen indien die maatregel redelijk is verantwoord.


Le législateur ne pourrait en priver une catégorie de contribuables que si cette mesure était raisonnablement justifiée.

De wetgever zou die slechts aan een categorie van belastingplichtigen kunnen ontzeggen indien die maatregel redelijk verantwoord is.


w